Sokken
Ik ben bijna klaar met deze sokken (en daarna kan ik ook weer een lapje breien). Alleen nog de boord van de tweede sok afbreien. Ik had ze mee op vakantie om aan te breien tussendoor, als bijrijder, in bed enzovoort. Heb ik niet zo heel veel gedaan, ik kon niet goed rechtop zitten in bed en we reden best veel over kleinere wegen. Maar toch. Een toertje toen de kinderen in de zweefmolen in Hellendoorn gingen (word ik misselijk van), twee toertjes in het speelbos, een stukje in de bus naar de pabo, een poosje aan de kant bij zwemles (in plaats van op m’n telefoon scrollen). Haast ongemerkt vordert het dan toch.
Als deze af zijn, moet ik wel echt weer een nieuw meeneemproject. Ik weet nog niet of het weer sokken worden. Ik wil misschien toch iets gaan doen met m’n restjes, maar sokken daarvan zijn waarschijnlijk niet zo makkelijk mee te nemen (en over draadjes wegwerken gesproken, ik denk dat ik me dan toch eens moet verdiepen in de Weavin’ Stephen). M’n tas kan mee, maar daar ben ik niet zo mee bezig op dit moment. Ik moet dringend naar de Breidagen om in te slaan voor minimaal twee Musselburghs, hopelijk kan ik erheen. Niet dat ik zin heb in het dragen van mutsen.
Patroon: Zonder patroon, afgezien van de Fish Lips Kiss Heel
Garen: Sokkengaren van Draadkracht, geverfd tijdens een workshop
Naalden: 2,5 mm en 2,0 mm (CraSy Trio)
Shawl
De eerste kleur zit erin! Dit project had ik ook mee op vakantie, na thuiskomst heb ik er weinig meer aan gebreid. Komt denk ik wel weer. Ik heb wel ontdekt dat ik hieraan kan werken terwijl ik op mijn e-reader lees, dat biedt misschien nog mogelijkheden! Mijn constructie met zes steekmarkeerders om te onthouden waar ik ben in de herhaling werkt op zich wel, al moet ik onthouden dat ik ze aan m’n werk vastmaak als ik stop. Ik liet ze eerst om de naald zitten, maar dan vlogen ze er toch vaak af als ik het opruimde of weer erbij pakte. Ik twijfelde erg over hoe ik de kleurwissel moest doen, volgens mij is er geen manier om die aan twee kanten precies hetzelfde eruit te laten zien in deze steek. Ik heb er uiteindelijk voor gekozen om twee toeren met beide kleuren te breien. En ik had zowaar goed ingeschat wanneer ik daar dan mee moest beginnen.
Patroon: Traces in the Sand (deels) van Lisa Hannes
Garen: Restjes Organic 350 van Hjertegarn en Holst Coast
Naalden: 3,0 mm
Vest
Hier besteed ik op dit moment de meeste tijd aan. Ik had het meegenomen op vakantie en op een gegeven moment had ik daar veel spijt van. Want het lukte dus niet. Het is een beetje net als met de Ryo: ik vond iets er tof uitzien, maar wist niet dat ik de steek om dat resultaat te verkrijgen irritant vind om te breien. Dit vest is dus in fisherman’s rib. Ik las een berichtje van iemand die vroeg hoe je fouten in die steek kon herstellen, waarop iemand antwoordde: door ze niet te maken. Treffend.
De ontwerper van dit vest is vrij populair en alles kan aan mij liggen, maar ik had eerlijk gezegd gehoopt op wat minder problemen. Het ging redelijk, totdat ik moest beginnen aan de stukken die over de schouders naar voren lopen. Tussen het ruggedeelte en het schoudergedeelte ligt een deel van de opzet op het werk, als een soort sierrandje, en ik begrijp nog steeds niet wat het patroon daarover zegt. Ik heb zelfs het Duitse patroon (de ontwerper is Duits) gecheckt om te kijken of het aan de vertaling kon liggen, maar dat denk ik niet. Als ik doe wat er staat, krijg ik met geen mogelijkheid dat randje zoals het eruitziet op de foto’s. Ik had zelfs nog om hulp gevraagd in het hulptopic (deze ontwerper is zo populair dat er hulptopics zijn), waarop iemand zei dat het er volgens haar niet zo uit hoorde te zien en vroeg of de ontwerper dat kon bevestigen, maar daar kwam geen reactie op. Het duurde belachelijk lang voor ik me realiseerde dat het míjn vest wordt en dat ik dus bepaal hoe het eruit komt te zien. En als ik daarbij het patroon niet helemaal volg, wat dan nog? Zo gek. Nu heb ik een randje waar ik redelijk tevreden over ben, en dat ook best lijkt op de randjes op foto’s van anderen. Ik vond het alleen niet mooi dat het niet doorliep bij de band voor de knopen, dus dat heb ik ook veranderd. Die band vind ik trouwens wél mooi, en fijn dat je hem er meteen aan breit.
Het randje was niet het enige probleem. Daarna volgen namelijk direct verkorte toeren. Die schijnen ervoor te zorgen dat het vest niet afzakt. Nou, ik hoop het van harte, want ik vond ze een drama. Verkorte toeren kan ik prima breien, maar in fisherman’s rib vind ik ze erg lelijk. Vooral aan de linkerkant, waar ik ze erg blijf zien aan de voorkant. Ik hoop dat ik me later weer afvraag waar ik me zo druk om heb gemaakt en ik weet dat het vaak zo gaat, maar zo voelt het nu nog niet. Ik moet nu nog een stuk rechtuit en dan ga ik volgens mij de armsgaten maken. En dan krijg ik te maken met de knoopsgaten (ik denk toch dat ik er knopen op wil) en moet ik uitzoeken of ik de mouwen rond zou kunnen breien in plaats van heen en weer. Het garen is superzacht en ik wil dit vest, maar soms vergeet ik dat een beetje.
Patroon: COOMO Cardigan van ANKE STRiCK
Garen: Como van Lamana, kleur 64 Sage Melange
Naalden: 3,0 mm
Sjaal
Vlak voordat we op vakantie gingen, was ik klaar met het breien van de laatste herhaling. Ik had al besloten om de sjaal niet mee te nemen op vakantie, en ineens werd de vakantie een soort deadline. We kwamen thuis en de sjaal bleef in de tas. Ik geloof dat ik bang was dat ik hem helemaal niet meer mooi zou vinden. Inmiddels heb ik wel afgekant en ben ik bezig om alle draadjes weg te werken. Je breit de bollen achter elkaar op, maar er zitten er wel zeventien in, en een enkele keer zat er een knoopje in de draad. Al met al dus toch aardig wat draadjes (vind ik al snel). Het was mijn bedoeling om nu het patroon te gaan schrijven, maar dat komt nog niet echt van de grond, te vol hoofd.