Iets met lente

Waar te beginnen? Bij de projecten van de vorige keer, natuurlijk. En dan niet te moeilijk doen, niet te ver afdrijven, gewoon vertellen en posten, anders komt het er weer niet van.

Ik ben nog steeds bezig aan mijn Ryo. Ik wilde eerste de mouwen doen omdat die me vaak zo tegenstaan, maar mouw 2 week af van mouw 1 en ik had natuurlijk weer niet goed bijgehouden hoe ik mouw 1 precies had gebreid. Dus nu ben ik mouw 2 opnieuw aan het breien. En die caliper cables blijven irritant. Oftewel: de trui werd in een hoek gesmeten. Wel in een Efteling-tasje, want daar zijn we in de herfstvakantie een paar dagen geweest om te vieren dat we 12,5 jaar getrouwd waren. Dat was fantastisch. Tevens de laatste vakantie die we min of meer niet ziek hebben kunnen beleven…

Mijn Musselburgh is wel af. Geweldig patroon, niet voor niets zo populair wat mij betreft. En hij past zowaar goed. Het idee is dat het begin van je muts fungeert als proeflapje (dat spreekt me natuurlijk aan!), dat je dat gaat meten en steken gaat tellen, en dan moet je in een tabel opzoeken wat je verder moet doen. Alleen gaat het aantal steken in die tabellen per halve centimeter, dus je moet nauwkeurig meten. En daar ben ik niet zo goed in. Maar blijkbaar in dit geval goed genoeg, want hij past. Ik ben trouwens voor een Adult Large gegaan, want ik heb een groot hoofd. Het garen (van Wol met Verve) vind ik nog steeds erg mooi, maar ik heb achteraf spijt dat ik voor twee verschillende kleuren ben gegaan. Beide kleuren bevallen me, maar ik had liever twee effen mutsen gehad in deze kleuren. Met de omgeslagen rand, zoals ik de muts het liefst draag (daar heb ik de lengte ook op aangepast) vind ik hem gewoon niet zo heel mooi. Ik wil dus eigenlijk gewoon meer van deze mutsen breien. Een voor M., en ik wil kijken of dit dan misschien een goed babymutsje kan worden (de babymaat zit erbij, maar ik heb nogal een historie met te kleine, te grote en anderszins minder geslaagde babymutsjes). Ook hierbij ontbreekt echter enige administratie, waardoor ik alleen maar kan gokken dat ik op 3 mm heb gebreid. En ergens in mijn telefoon vond ik ‘X aantal toeren na meerderingen’, en nu vraag ik me af of dat hierover ging. Niet handig. Maar nog steeds: heel fijn project.

Verder ben ik vooral bezig aan een dubbelgebreide sjaal. Waar ik nog niks van ga laten zien. Vaak over getwijfeld of ik dat niet toch zou doen, want ik ben er trots op, wat ik in mijn hoofd had lijkt te werken en ik krijg er positieve reacties op van mensen die ’m in het echt zien. En het voelt suf om er dan wel over te schrijven, ook al is het logisch dat ik erover schrijf in een post over waar ik mee bezig ben, want ik ben hier op dit moment verreweg het meest mee bezig. M’n nieuwste copingmechanisme, noem ik hem ook wel. Maar ook al maak ik me geen illusies over hoeveel mensen dit zien of over m’n ontwerpambities, ik ga het toch niet doen, want ik wil er een patroon van maken. Uiteindelijk. Ik bewaar hem (‘it lives in’ zeggen ze altijd zo mooi in Engelstalige breivlogs) in een projecttasje dat ik heb gekregen bij de Adventswap van De Maandag na de Zondag, waar ik voor de tweede keer aan mee heb gedaan. Ik had er eigenlijk helemaal geen tijd voor, maar het was toch weer leuk.

In dezelfde periode deed ik ook nog mee aan een kerstprojectkoor hier in de stad, het was mijn tweede keer. We zongen carols, maar bijvoorbeeld ook werk van Ola Gjeilo (Ecce Novum ♥) Ik was wel erg gelukkig met mijn ‘zangmaatje’. Niet dat ik haar van tevoren kende, maar er was nogal wat sneu gedoe met wie waar (niet) mocht zitten, en samen konden we daar in ieder geval om lachen. Veel mensen waren ook wel gewoon aardig en ik kom daar in de eerste plaats om te zingen (ik vind meerstemmig zingen erg leuk, maar een koor past op dit moment niet in mijn leven), maar toch.

Kerst zelf werd helaas een dieptepunt met toch weer een koortsstuip van D. Daarvoor was het meer dan twee jaar goed gegaan, dus we hadden er heel langzaam maar zeker wat meer vertrouwen in gekregen. Ook omdat het tot zes jaar als ‘normaal’ wordt beschouwd (tussen aanhalingstekens omdat wat we met haar meegemaakt hebben daar gelukkig zeker niet voor iedereen bij hoort) en we dat moment bijna hadden bereikt. Het was echt naar, de hele schoonfamilie getuige, een nachtje ziekenhuis ver weg voor de zekerheid, daarna nog weer dagen van strakke schema’s met temperaturen en paracetamol/Nurofen. En nu dus weer veel hernieuwde stress en zorgen.

Verder nog steeds druk met redactiewerk, maar wel veel minder dan eerst, want ik studeer ook nog in deeltijd aan de pabo. Waar ik hier volgens mij nog nooit iets over heb geschreven (terwijl ik in september 2023 ben begonnen). Er valt heel veel over te schrijven, maar het is voor mij nog steeds met veel twijfels omgeven. En ik heb natuurlijk te maken met veel andere volwassenen en kinderen, over wie ik hier niet zomaar van alles kan schrijven. Wel jammer, want het vraagt heel veel van me, maar ik maak ook veel leuke en mooie dingen mee. Ik ga op zoek naar een vorm.

Works in progress

Ryo Sweater
Ik ben druk bezig aan mijn Ryo, die ik brei in Ulysse van De Rerum Natura. Ik heb hier al vaker mee gebreid, ik breide er mijn Trove mee en een vest voor M. waar ik nog steeds geen goede foto’s van heb. Het is merino, dus lekker zacht. Ik vind het wel snel breken, maar dat komt vast doordat ik lomp ben. O, en het kan niet in de wasmachine, mocht je dat belangrijk vinden. Ik weet dat meerdere Nederlandse winkels dit garen verkopen, maar om een of andere reden vind ik daar meestal niet genoeg van de kleur die ik wil. Naast dat het dit keer ondanks de verzendkosten goedkoper bleek om het rechtstreeks bij De Rerum Natura in Frankrijk te bestellen. Dit is de kleur Fusain. Ik wilde graag donkergrijs, maar twijfelde een beetje of dit niet te donker zou worden, vroeg me af of je het werkje goed zou kunnen zien. Daar kom je niet achter door allerlei foto’s op Ravelry te gaan bestuderen met telkens ander licht, maar dat ga ik dan toch doen. Ik ben erg blij dat ik de gok genomen heb, want ik vind het zeker niet te donker, ik denk dat ik een tint lichter (die heet Granit) te licht zou hebben gevonden.

Ik hoop dat ik de goede maat aan het breien ben, ik vind hem er nu vrij klein uitzien (gaan we weer). Maar ik heb proeflapjes gebreid en merino gaat groeien bij wassen en opspannen, dus voorlopig verander ik niks. De caliper cables vielen me tegen, je maakt dan door een dubbele omslag extra grote lussen en die kruis je daarna met een paar gewone steken. Dat lukte niet goed, ik had steeds het idee dat die lussen gedraaid waren. Nu doe ik het toch maar met een kabelnaald en probeer ik ze extra goed te checken. Daardoor schiet het niet zo op. Op de rug hoort eigenlijk een soort rechthoek van die kabels, maar dat vond ik niet mooi, dus ik brei de hele rug gewoon recht. Deze trui wordt soms ook wel voor/door mannen gebreid, en daarin is het vaker aangepast, viel me op. En dan vraag ik me toch af wat maakt dat sommige mensen dat detail als vrouwelijk labelen. Maar ik vind dat vooral interessant, ik denk dan niet: o, blijkbaar is dat vrouwelijk, ik ben een vrouw, dus ik moet het erin laten. Dat is juist een voordeel van zelf breien, dat ik zoiets aan kan passen. Het is op Ravelry gelabeld als unisex patroon en iedereen moet het natuurlijk lekker zelf weten, maar er staat alleen helemaal onderaan iets als: laat de short rows weg als je voor een man breit. Ik weet niet of dat voldoende is voor een goede pasvorm. Maar goed, daar hoef ik me geen zorgen over te maken.

Inmiddels heb ik de armsgaten gemaakt en brei ik rond in plaats van heen en weer. Ik denk dat ik na deze bol eerst maar eens aan een mouw moet beginnen, om te voorkomen dat er later weer een lang verblijf op sleeve island volgt.

Ik ben begonnen aan mijn Musselburgh, waar ik de vorige keer al over schreef. Aan deze kant met de Basic Sock van Wol met Verve in de kleur Dark Moss. Ik ben nu net bij het rechte stuk, waar iedereen nogal enthousiast over is. Ik kan me ook voorstellen dat het een fijn werkje is om mee te nemen en steeds even op te pakken. Nu is iedereen nogal enthousiast over deze muts, en er is dan ook nogal veel informatie over te vinden. Ik moet me inhouden om niet ál die filmpjes te gaan kijken, want ik heb in theorie betere dingen te doen. Ik heb de disappearing loop cast-on uit het patroon gebruikt, ik dacht dat die heel moeilijk was, maar dat viel mee, al werd het gaatje wel steeds groter tot ik de begindraad vastzette. Hopelijk blijft het goed zitten. Ik ben sceptisch over of ik met de goede maat ga eindigen, want mijn hoofdomtrek zit tussen twee maten in en het patroon vraagt om nauwkeurig meten (per halve steek). Het garen is in ieder geval mooi :)

Breidagen 2024

De Breidagen verdienen toch echt nog een aparte blog. Ik kan daar altijd erg naar uitkijken, ook omdat ik op zo’n dag veel even mag parkeren van mezelf. Dus nu baal ik ervan dat het alweer voorbij is, ook omdat de dag helaas niet leuk eindigde (het is nu weer oké, en het had eigenlijk niet eens iets met mij te maken, maar het was toch erg vervelend).

Zoals S. al meerdere keren had opgemerkt nog voordat we de ingang bereikten: het was druk. Er stond een rij. Dat bleek vooral te komen doordat het niet heel handig ging en er niet echt een entree was (je liep zo’n beetje direct tegen de eerste kraam op), maar het was geen ideale start. Het was wel een goed idee van S. om in de tweede hal te beginnen, en bij de kramen vond ik het niet te druk. Alleen wil ik altijd graag niet alleen shoppen, maar ook lekker ergens zitten en koffiedrinken en kletsen en aankopen showen én breien, en dat kon eigenlijk allemaal niet echt. De rij voor de horeca was gigantisch, en verder kon je vrijwel nergens zitten. Dat vond ik echt heel jammer, ik hoop dat ze dat een volgende keer anders doen. Ik zag dat ik ook niet de enige was die daarover klaagde. Ik heb wel weer genoten van het kijken wat iedereen droeg en nieuwe inspiratie opgedaan. En ik kreeg van iemand het compliment dat mijn shawl (ik droeg mijn Stellate) de mooiste was die ze daar had gezien, dat was natuurlijk superleuk om te horen! Met iemand anders raakte ik in gesprek over brioche, omdat daar een workshop over werd gegeven en zij net opmerkte hoe verschrikkelijk ze dat vond toen ze mij voorbij zag wandelen met mijn shawl, die deels in brioche is :)

Workshop wolverven
Ik had een workshop wolverven geboekt bij Draadkracht. Vriendin C. had dat gedaan op de Handwerkbeurs. Het leek mij ook leuk om dat eens uit te proberen en ik koos er ook voor omdat het lang onzeker was of S. mee zou gaan. Nu vond S. het geen probleem om zich een uurtje zonder mij te vermaken op de beurs, al was het bij nader inzien handiger geweest als we íéts later uit elkaar waren gegaan, want je bleek zelf een streng garen uit te mogen zoeken om te verven en er was veel keuze, haar advies was welkom geweest! Al heb ik uiteindelijk voor een basic sokkengaren gekozen en denk ik dat dat prima is. Misschien brei ik er ook sokken van, misschien niet, ik zie wel. Ik vond het heel leuk! Het was vooral bezig zijn en uitproberen. In ieder geval voor mij, ik ambieer totaal niet om er iets mee te gaan doen, dus ik kwam daar ook niet echt om het te leren. Ze waren zeker bereid om meer uitleg te geven als je daarom vroeg, maar ze lieten je ook lekker je gang gaan, en dat vind ik fijn, als het gewoon ontspannen is. Ik heb een keer een kerststuk gemaakt bij een bloemist met mensen die dat graag deden daar, en dat was meteen de laatste keer. Bloednerveus werd ik ervan (en ik sneed uiteraard in mijn vinger), omdat die vrouw deed alsof het in haar winkel verkocht moest kunnen worden. Ik eindigde met een mooi kerststuk en ik snap dat die professionaliteit meerwaarde heeft, maar ik heb zo al genoeg faalangst. Daar was hier gelukkig geen sprake van, iedereen was heel aardig en enthousiast. Ik heb vooral met een kwast geverfd (je kon ook met pipetjes in de weer, of dopen, of alles eerst in een bak met verf en water gooien). Ik was best bang dat het garen in de knoop zou raken, dat leek me echt iets voor mij, maar dat kan blijkbaar niet echt zolang het zo opgebonden is. Je kreeg een schort en handschoenen te leen, maar ik had toch maar geen zelfgebreide trui aangetrokken, want daar vlekken op maken leek me ook echt iets voor mij. Is ook niet gebeurd! Ze fixeren de verf door het garen in een magnetron te doen, dat vond ik heel grappig. Je krijgt het nat mee en dan moet je het thuis nog even uitspoelen en laten drogen. Dat stond ook keurig uitgelegd op een papier dat ik meekreeg. Heel handig, want anders was ik het vast weer vergeten na alles wat ik verder nog ging doen die dag. Ik ben benieuwd hoeveel witte stukjes ik zie als ik ermee ga breien, ik vond het nog best lastig om alles mee te pakken. Ik vind het leuk dat je de oorspronkelijke kleur hier en daar nog ziet, dat vind ik ook goed passen bij mijn kleuren, maar het kan best te veel zijn. Maar goed, ik denk niet dat je zo’n workshop moet doen met het idee: nu ga ik me toch iets geweldigs verven. Misschien is het gebreid hartstikke lelijk. Maar als streng (let niet op mijn zeer beperkte vaardigheid om er een streng van te draaien) ben ik er wel tevreden mee.

Dus ja, ik raad hem aan, deze workshop! En ik ben dus meestal niet zo van de workshops op handwerkgebied, omdat het toch vaak dingen zijn die ik al kan, waar ik geen interesse in heb (ik heb ook zeker niet nog meer interesses nodig!) of waarvan ik denk dat ik ook een heel eind zou moeten komen met een YouTube-filmpje.

Verder hebben S. en ik vooral alle koopwaar en samples uitgebreid bekeken en natuurlijk wat aankopen gedaan. Eervolle vermelding voor de ‘steekmarkeerderautomaat’ van Stoffen en Stiksels. Ik heb echt meer dan genoeg leuke steekmarkeerders (en gebruik vaak genoeg dan alsnog die plastic prutdingen), maar ik vond het een erg leuk idee! Ik ben op dit moment een trui voor mezelf aan het breien (waarover in een volgende blog meer), dus ik heb me sowieso ingehouden. Ik heb een Breidagen-pin gekocht en garen voor een Musselburgh. Musselburgh is een bijzonder populair patroon voor een muts, en ik ben er alleen daarom al benieuwd naar. Je vouwt het ene uiteinde in het andere uiteinde, en als je meerdere kleuren gebruikt, kun je daardoor ook meerdere looks creëren. Ik leg het vast niet goed uit en raakte er zelf ook een beetje van in de war aldaar (ruimtelijk inzicht nog steeds afwezig), maar het lijkt me een fijne, warme muts. Ik heb gekozen voor garen van Wol met Verve, in de kleuren Dark Moss en nr. 20242735.

Moeilijke keuze, en ook weer niet, want Wol met Verve heeft zoveel moois (en is relatief betaalbaar) dat je eigenlijk geen verkeerde keuze kunt maken, het is een van de stands waar ik altijd wil kijken. Ik heb ook hierbij gekozen voor sokkengaren. Een van de features van het patroon is dat je geen proeflapje hoeft te maken, maar op basis van het begin van je muts instructies volgt. Je kunt hem dan ook in verschillende diktes breien, maar door de constructie zitten er vier lagen stof op elkaar als je de rand omvouwt (en ik denk dat ik dat het mooist vind), dus ik wilde niet voor te dik garen gaan. Ik twijfelde ook nog of ik voor een of twee kleuren zou gaan, maar ik weet niet zeker of ik met mijn grote hoofd genoeg ga hebben aan één streng en het leek me leuk om een omkeerbare te maken, dus vandaar. En er zijn zoveel mensen die er (heel) veel hebben gebreid, misschien is dit pas het begin!

Ik vond het niet nodig om gebruik te maken van het ‘wolwindstation’ op de Breidagen, waar je je strengen kon laten opdraaien tot een cake (leuke service!). Ik wil ze dan toch liever als streng meenemen en bewaren tot ik er echt iets mee ga doen. En ik vind het ook geen probleem om een streng of twee met de hand op te winden. Ik merk wel dat dat een drempeltje opwerpt om er nu aan te beginnen, maar dat gaat heus gebeuren!

Check-in

Dit weekend de Breidagen in Nijkerk, ging weer veel te snel voorbij! Blijft leuk als iemand dan vraagt of je nog iets leuks gaat doen in het weekend en je zegt dat je naar de Breidagen gaat en diegene zich dan duidelijk niet kan voorstellen dat dat onder iets leuks doen valt :)

Tijd voor een check-in, voor ik weer ten prooi val aan perfectionisme. Ik was van plan om dat kort te doen en hier ook over de Breidagen en mijn nieuwe plannen te schrijven, maar ik bewaar dat toch maar voor een volgend bericht omdat het niet kort werd. Nu dus eerst vooral wat af is!

Anna Tee
De vorige keer vertelde ik al dat ik bezig was aan dit shirtje. Kort daarop gingen we op vakantie (naar Belgisch Limburg, was zo leuk!) en ik nam de Anna Tee mee. Het lukte om hem tijdens de vakantie helemaal af te maken, ik hoefde ook alleen nog maar een klein stukje lijf, de boorden en de mouwen. Al moest ik daarvoor heel wat rondjes om deze stoelen lopen omdat ik de laatste streng als streng had meegenomen (maar dat vond ik niet heel erg).

Thuis hoefde ik hem alleen nog maar te wassen. En toen ik dat had gedaan, was ik me toch teleurgesteld! Hij leek ineens zo gigantisch, ook na een tweede keer wassen. Ik vond hem helemaal niet meer mooi en vroeg me af of het aan de bind-off lag. Na enige twijfel en een paar keer proberen was ik voor de bind-off uit het patroon gegaan, maar daarbij werd gewaarschuwd dat die snel te los kon worden, dus dat je een kleinere naald moest gebruiken als je los breide. Volgens mij brei ik niet heel los, maar ik had dat toch maar gedaan. Maar misschien was het toch niet goed? M. zag de bui alweer hangen en verbood me om er onmiddellijk iets mee te doen (het wil nog weleens voorkomen dat ik iets uithaal en dan concludeer dat het toch goed was of de eerste keer beter). Nu wist ik niet goed wat ik er dan mee wilde en door het linnen in dit garen is uithalen nog niet zo gemakkelijk. Dus ik legde hem weg.

Na een tijdje besloot ik hem toch maar eens aan te trekken. Misschien moest het gewoon even wennen? Soms lijkt iets héél erg als ik ermee bezig ben, maar valt het later mee. M. verzekerde me ook dat hij echt nog draagbaar was. En die wissel tussen de bollen die ik stom genoeg aan de voorkant had laten plaatsvinden, viel gelukkig minder op na het wassen, dus dat was positief. Hij zat ook lekker. Dus nou ja, nu ga ik hem toch maar gewoon (proberen te) dragen. Oordeel hieronder zelf. Maar ik ben er dus al mee in het openbaar verschenen, dus misschien zou je het voor je kunnen houden als je vindt dat ik dat niet had moeten doen!

Ik heb mijn Hikari van hetzelfde garen gebreid, en ik had waarschijnlijk daar iets beter aan moeten terugdenken, want daarbij was ik bang dat hij véél te kort zou worden en dat ik hem door zou moeten knippen om er een stuk tussen te breien (heel dramatisch allemaal), maar die was op wonderbaarlijke wijze uiteindelijk nét lang genoeg naar mijn mening. Maar ik heb het idee dat dit shirtje ook een stuk breder is geworden… Hm. Verder vind ik het wel echt een leuk patroon (volgens mij zag ik er toevallig op de Breidagen ook een hangen in de stand van APMezga) en zou ik het wel nog een keer willen maken in een ander garen.

Patroon: Anna Tee van Sara Stark
Garen: Draco van APMezga (90 procent merino, 10 procent linnen)
Naalden: 4,0 mm; 3,25 mm; 2,0 mm

Sokken
Ik was bang dat ik op vakantie te weinig te breien zou hebben, omdat mijn Anna Tee dus al bijna af was. Dat zou natuurlijk een ramp zijn, dus ik moest en zou nog iets anders meenemen. Alleen twijfelde ik zo lang over wat dat dan zou moeten zijn dat het waarschijnlijk niet meer zou lukken om op tijd garen te bestellen. S. suggereerde dat ik nog snel een paar sokken op zou zetten. Op zich een goed idee, alleen had ik ook bijna geen sokkengaren meer. Ja, voor scrappy socks als ik al mijn restjes mee zou nemen, maar daar had ik geen zin in. Ik had verder alleen nog roze, groen en beige over van de eerste BreiSTER-opdracht, dus toen werd het roze met groen. Ik koos een gratis patroon uit een oude editie van Sock Madness (een jaarlijks terugkerend iets waarbij je zo snel mogelijk sokken moet breien, ik snap stiekem nog steeds niet precies wat het precies inhoudt of waarom je dat zou doen) en breide lekker aan m’n sok, vooral als ik ondertussen de kinderen een beetje in de gaten moest houden. Ik moest even inkomen, maar het patroon is op zich leuk, het ziet er anders uit als je er vanuit een bepaalde hoek naar kijkt. Maar ik noem ze inmiddels wel mijn hysterische sokken… Helemaal omdat ik inmiddels weet dat ik niet genoeg garen heb om ze allebei precies hetzelfde te maken. Ik heb de eerste sok af, met een groene boord, hiel en teen, maar de tweede sok krijgt dus een roze boord, hiel en teen. Nu draag ik zeer zelden zelfgebreide sokken buitenshuis, hoogstens als het flink vriest, dus het maakt me niet zoveel uit. De tweede sok bestaat nu alleen nog uit een roze boord, maar ik denk dat ik die nog wel af ga maken. Zie de foto voor een indruk!

Kumihimo

Het valt op dit moment wel weer mee, maar voor onze vakantie was ik lichtelijk verslaafd geraakt aan kumihimo-armbandjes maken (vooral tijdens het kijken naar de Olympische Spelen). Ik had al heel lang een schijf liggen, gekregen bij de kerstswap die Marlou van De maandag na de zondag vorig jaar organiseerde. Ik weet niet of ze plannen heeft om er nog een te organiseren, maar ik vond het erg leuk en haar nieuwsbrief is ook een aanrader, mocht je die nog niet kennen. Ik had kumihimo ooit al een keer geprobeerd op een schijfje van karton, maar deze zomer was ik echt vertrokken met die officiële schijf en een boek uit de bieb.

Het grote voordeel van kumihimo is dat het lekker snel gaat, want je vouwt de draden als het ware over elkaar heen in plaats van dat je ze knoopt. Je maakt al snel leuke dingen, want als je de draden eenmaal in de goede volgorde op die schijf hebt (ik vond zelfs een generator online die daarbij kan helpen), stelt het verder niet zoveel voor. Dat wil zeggen, bij de ronde vlechten. Ik heb ook geprobeerd een vierkante te maken, dat lukte nog niet goed. En over een platte was ik ook niet tevreden. Maar er bestaan ook vierkante discs, misschien dat platte daarop makkelijker gaan? Ik heb wel met succes een gedraaide gemaakt. Tot nu toe:

Ik wilde graag dat ze makkelijk om en af zouden kunnen. Armbandjes die je altijd draagt vind ik ook nog steeds tof, want daar zitten verhalen achter, maar die worden toch wel snel nat en vies, dus ik heb liever dat ze af kunnen als de situatie daarom vraagt. Daarnaast zijn ze vrij dik en stug, in ieder geval die van mij, dus niet per se voor altijd. Ik had ergens een tutorial gevonden waarin ze een ijzerdraadje in het midden deden. Dat heb ik bij de blauw-groene gedaan, maar dat was het toch niet helemaal. Daarna kwam ik uit bij de beginlus. Het is even gedoe, maar om alle draden maak je dezelfde knopen als bij frivolité (heb ik daar ook nog eens iets aan) en je eindigt met een of andere macraméknoop (ik kan niet macrameeën, dus dat weet ik verder niet). Aan het eind leg ik een overhandse knoop in alle draden en steek ik met een naald alle draden er een paar keer doorheen (dit kost soms enige moeite). Dan knip ik alle draden af en gooi ik er voor de zekerheid wat knutsellijm overheen. Ik sla de meeste twee keer om mijn pols, omdat ik dat leuk vind staan en omdat ik meestal veel te lange draden knip, uit angst dat ze te kort zijn (ik weet niet wat je dan moet doen, of dat op te lossen is). Dus dan ga ik nog maar even door.

Ik gebruik trouwens vooral acryl uit mijn voorraad hiervoor, want dat heb ik. Zorgt misschien ook voor die stevigheid. O, en ik hang er een tafelkleedgewichtje aan, dat zorgt ervoor dat het strak wordt. Dikker dan 20 draden ben ik tot nu toe nog niet gegaan, en vind ik misschien ook wel genoeg. Om de een of andere reden is die met 20 draden ook een beetje bobbelig geworden. Misschien toch te veel verschil in dikte tussen de draden? Het was niet de bedoeling, maar het stoort me niet, de bobbels zijn ook wel gelijkmatig.

Kumihimo is volgens mij ook leuk voor kinderen. S. had ook interesse, voor haar is het te doen als ik het beginnetje maak en ze de pijlen volgt die ik op haar kartonnetje heb getekend (je moet wel steeds dezelfde kant op draaien). Al heeft ze nog niet zoveel geduld om er lang genoeg mee door te gaan en moet ik af en toe de draden uit de knoop halen. Maar in vergelijking met veel andere technieken is dit echt goed te doen!

Audio

Tada!*

Eindelijk is het me gelukt om het patroon voor mijn Audio-sokken te publiceren. In dit tempo word ik natuurlijk nooit een beroemde ontwerpster…

Toch ben ik heel blij dat het me gelukt is. Ik had dit idee al lang, ik heb nog even terug zitten zoeken en ik schreef er hier in 2022 al lekker mysterieus over. Mijn eerste paar was nog in andere kleuren, maar daarbij was ik niet helemaal tevreden over het kleurwerk en ik wist dat ik voor neon wilde gaan. Ik had ze begin dit jaar af, maar toen had ik natuurlijk nog geen patroon. Ik wilde het graag in meerdere maten beschikbaar stellen, en dat zorgde voor veel gereken en gepuzzel. Het kleurwerk moest echt netjes worden, strak en recht. En ik ben nu eenmaal gewend aan en omringd door deadlines, dus als niemand ergens op zit te wachten, komt datgene als laatste aan de beurt.

Ik vind ze nog steeds leuk, dat scheelt.

Je vindt het patroon hier:
Payhip | Ravelry

Dat je iets bedenkt en dat je het dan maakt en dat het er dan uiteindelijk is, ongeveer zoals je het in je hoofd had. Dat klinkt misschien simpel, maar dat blijf ik zoiets magisch vinden. Ik ben nog lang niet waar ik wil zijn met mijn patronen, maar dit wil ik vasthouden. Op naar het volgende idee.

* De redacteur moest toch even in Van Dale opzoeken hoe dit officieel wordt geschreven, en ik wil je de definitie niet onthouden:

uit­roep ter imi­ta­tie van hoorn­ge­schal, o.a. ter in­tro­duc­tie van een op­mer­ke­lij­ke uit­spraak (bv. de be­kend­ma­king van een prijs­win­naar) of ter be­ge­lei­ding van ie­mands en­tree in een ruim­te

Zomaar wat projecten

De zin om te bloggen is er niet zo (goh, viel het op?). Maar ik handwerk natuurlijk nog steeds! En daar ga ik vandaag gewoon weer eens iets over vertellen, zonder van mezelf te eisen dat ik compleet ben, want dan gebeurt er weer niks.

Moon Set Tee
Op dit moment ben ik alweer bezig aan het volgende zomershirtje, maar dit is al een hele tijd af: de Moon Set Tee van Hailey Smedley. Ik breide het in Pure Silk van Knitting for Olive, het garen dat het patroon aanraadt. Het was de eerste keer dat ik met zijde werkte. Dat was fijn, alleen vrees ik dat ik het bij het wassen te lang in het water heb laten liggen, want ik las later dat dat ab-so-luut niet lang mocht met zijde en het is nu wat stugger. Misschien dat natuurazijn nog uitkomst biedt. Ik raakte totaal in de war van de halslijn bij dit shirtje, met foto’s appen naar hulplijn S. en al, maar het lijkt toch goed te zijn gekomen. Tof patroon, ik zou er nog wel een willen (als ik beter weet hoe je met zijde om moet gaan, daar ben ik natuurlijk ook helemaal niet chic genoeg voor).

Stellate
S. en ik zouden in oktober weer samen naar de Breidagen gaan, maar toen werd ze helaas ziek op de dag dat we zouden gaan. Ik had al een kaartje gekocht en besloot alsnog te gaan, in m’n eentje. Dat was natuurlijk een stuk minder gezellig, maar alsnog wel leuk, want lekker even weg en tussen de wol. Zonder S.’ advies was de keuze nog moeilijker dan anders, en ik heb dan ook niet geshopt voor kledingstukken. Ik kocht wel garen voor deze sjaal, die ik al jaren in mijn Favorites had staan: Stellate van Julie Knits in Paris (die S. en ik nog een keer hebben horen zingen op andere Breidagen, opmerkelijk was dat).

Stellate was voor mij zo’n project dat ik gewoon graag wilde breien. En dat was erg leuk om te doen, zoals ik al hoopte, met veel slipped stitches en brioche. Hij is nogal gigantisch geworden, maar ik had hem toch behoorlijk snel af, volgens mij rond kerst. Ik heb hem gebreid met Woolly Wood van Novita, een garen van tencel waar ik ook benieuwd naar was. Het is vrij glad en niet zo warm, volgens mij. O, en het donkerblauw liep gigantisch uit, waardoor het wit nu heel lichtpaars is geworden (al valt dat niet zo op). Ik heb dit ding in de winter weleens omgeslagen als ik in de kou thuis zat te werken, en verder heb ik hem dus gewoon gebreid. Soms is dat ook genoeg.

Bob Popcorn
Dochter S. en ik hebben genoten van alle delen van Bob Popcorn, de kinderboeken van Maranke Rinck en Martijn van der Linden. En toen bleek er een gratis haakpatroon van te zijn, ontworpen door Francis Sinke. Toen moest er dus een gehaakte Bob Popcorn komen. Al weet je misschien dat ik eigenlijk helemaal niet van knuffels haken houd (en sowieso niet zo veel haak). Voor Bob maakte ik graag een uitzondering! De vriendelijke medewerkster van iWoolly had volgens mij geen idee wie Bob is, maar ging direct op zoek naar de juiste kleuren. Ik haakte Bob met Softfun van Scheepjes, zoals in het patroon staat. En ik moest aan de slag met veiligheidsoogjes. Had ik nog nooit gedaan. Wat een gedoe! Maar tot nu toe zitten ze vast en ze staan hem goed. Ik vond het verder heel goed te doen om hem te haken, al is het positioneren van de ledematen altijd lastig, bij de voetjes was wel erg veel vulling te zien en een van zijn beentjes zit een klein beetje scheef. Maar iedereen hier is blij met Bob!

Verder ben ik maanden bezig geweest aan een vest voor M. Inmiddels is het af, maar ik zie dat ik er nog niet eens goede foto’s van heb (het is er ook niet echt weer voor), dus wie weet laat ik dat nog een andere keer zien. Zoals gezegd brei ik nu weer aan een zomertruitje. Na mijn Hikari besloot ik alsnog hetzelfde garen in het groen te kopen, dat heb ik gedaan op de Handwerkbeurs in januari in Houten (waar S. wel weer van de partij was en we ook nog vriendin C. tegenkwamen, die zich op weven heeft gestort). Daar ben ik nu een Anna Tee mee aan het breien (ook geen foto van nog). Eenvoudig patroon, dus al aardig wat aan anxiety knitting en openbaar breien mee gedaan. Wat wel jammer is: dit garen is handgeverfd, dus ik wissel iedere toer van bol, en ik heb het voor elkaar gekregen om dat vol in het zicht mid-voor te doen… Ik hoop heel erg dat het na wassen en opspannen niet meer (zo) opvalt, ik meen me te herinneren dat dat bij eerdere projecten wel goed ging. Ook irritant: in mijn beleving groeit hij al heel lang amper. Dat kun je soms zo hebben, hè? Ik hoop dat er binnenkort toch een einde komt aan het lijf. Het voordeel van zomershirtjes: korte mouwen!

Hierna weet ik het nog niet zo, aan de ene kant kan ik niet wachten tot dit af is en heb ik allerlei plannen, maar tegelijkertijd ben ik ook bang om iets te kiezen wat tegenvalt. Komt goed, kan morgen weer anders zijn.

Maakwerk: Hikari

Ik heb besloten om meerdere handwerkblogs te posten, omdat ik anders maar blijf werken aan een ellenlange post waar ik dan steeds dingen aan toe moet blijven voegen. Hopelijk helpt dit!

Ik kan je in ieder geval vertellen over m’n Hikari, want die is af! Vorige keer liep ik nog heel erg te stressen dat hij te kort zou worden. Dat was moeilijk op te lossen door de driehoek aan de voor- en achterkant. Ik had eigenlijk daarvoor langer moeten doorbreien. De rigoureuze oplossing zou zijn om het hele shirt doormidden te knippen, er een stuk tussen te breien en het dan weer aan elkaar te zetten. Dat zou best spectaculair zijn geweest (en doodeng)! Dit is misschien wel een beetje een anticlimax, want uiteindelijk heb ik dat dus niet gedaan. Tegen de tijd dat ik kon gaan kijken hoe lang hij geworden was na het wassen en opspannen, had ik er vrede mee dat ik er misschien in zou gaan knippen. En toen hoefde het dus niet. Zul je altijd zien. Hij is nog steeds aan de korte kant naar mijn smaak en ik geloof nog steeds niet echt dat hij zo veel gegroeid is dat knippen niet meer nodig is. Ik moet me inhouden om er niet steeds aan te trekken als ik hem draag, maar vooralsnog ga ik er dus niet in knippen.

Ik heb 10 toeren extra gebreid in patroon en daarna ook de boord zoveel langer als ik durfde (het patroon loopt door in de boord en ik vond het belangrijk dat het in verhouding bleef). Daarna heb ik de mouwtjes gebreid. Die zijn maar een paar toeren, dus dat stelde niet zoveel voor (een groot voordeel van zomertruitjes!). Al moet je ze wel afkanten met een i-cord en kon ik me niet herinneren of ik dat al eens eerder had gedaan. Gelukkig wordt het duidelijk uitgelegd in het patroon, en het lukte zowaar ook om het begin en einde redelijk netjes aan elkaar vast te maken. Ik heb ook nog heel erg gebaald van een smoezelig plekje in een van de i-cords. Eerst twijfelde ik nog of het een erg grauw stukje linnen was, want er zit dus wat linnen in het garen en dat zie je. Maar daarna dacht ik toch dat het een vlekje was (bijvoorbeeld van chocola, ahum) en heb ik mezelf vervloekt en het zo goed mogelijk weggewerkt. Nu zie ik het eigenlijk niet meer, dus dat is mooi.

Ik vind hem wel nog steeds echt mooi, om te zien en om te breien. Apart, maar niet te. Er zitten toffe technieken in. En het patroon is ook heel goed. Ik heb al trotse momenten gehad, zoals toen de ontwerpster op mijn Instagram-post reageerde en toen iemand me ermee complimenteerde en m’n moeder liet vallen dat ik het zelf had gebreid, waarop diegene dat niet geloofde.

Het garen vond ik ook fijn breien. Ik heb het op de Breidagen gekocht bij mensen uit Litouwen, dus misschien is er niet zo makkelijk aan te komen. Maar als ze weer naar de Breidagen komen, is het zeker de moeite waard om eens bij hun stand te gaan kijken. Het voelt erg prettig aan. Ik twijfelde toen enorm tussen dit garen in blauw en hetzelfde garen in flesgroen. Misschien ga ik nog wel een keer voor het groene bij een ander zomertruitje! Ik heb waar het kon twee bollen afgewisseld om kleurverschil te voorkomen, zoals bij handgeverfd garen wordt aangeraden. Misschien is dat heel goed gelukt, maar ik denk dat er ook gewoon niet veel kleurverschil in de strengen zat. Ook daar waar het me niet lukte door de constructie, lijkt het namelijk geen problemen te hebben opgeleverd. Gelukkig maar!

Als ik Hikari nog een keer zou breien, zou ik dus wel vóór de driehoek wat extra toeren breien, zodat hij iets langer wordt (zonder drama). Maar dat zou goed kunnen liggen aan mijn Europese bouw en is misschien ook een kwestie van smaak. Ik vind shirtjes snel te kort. Als ik heel kritisch ben, moet ik toegeven dat dit patroon misschien nóg mooier zou zijn in effen garen. Er loopt bijvoorbeeld een soort lijn in donkerder blauw over de onderrug. Dat zou ik zelf niet zo verzinnen, maar ik kan er prima mee leven.

Patroon: Hikari van Bernice Lim
Garen: 90% merino, 10% linnen van Apmezga
Naalden: 3 mm

Maakwerk in mei

Hoi! Soms moet je maar gewoon weer ergens beginnen, hè. Het voordeel van deze blogs is dat ik simpelweg de laatste erbij kan pakken en kan kijken wat ik sindsdien zoal heb gedaan…

Sandbank #2
M’n tweede Sandbank is nu helemaal af! Ik hoefde er ook niet veel meer aan te doen, alleen nog de draadjes wegwerken en hem opspannen. Ik was voorbereid op het ergste, want het opspannen ging de vorige keer helemaal niet goed. Dat hielp, want daardoor viel het nu nog wel mee. Al lukte het alsnog niet om de rand helemaal recht te krijgen.

Ik ben er heel blij mee en heb hem al best veel gedragen (en mijn omgeving er ook eindelijk een paar foto’s van laten maken). Als je eenmaal doorhebt hoe het patroon werkt, is het echt een aanrader. Ik zou ook nog wel een donkerblauwe of donkergrijze willen… Maar er zijn ook nog heel veel andere sjaals die ik graag wil breien, dus ik denk dat ik eerst even verder ga kijken.

Patroon: Sandbank van Lea Viktoria
Garen: Holst Coast in de kleur Sea Green (50 procent merino, 50 procent katoen)
Naalden: 3 mm (2,5 mm voor de opzet)

Georgetown
Ook m’n Georgetown is af! Vorige keer dacht ik dat er geen einde kwam aan die kraag, maar ik bleek toen toch niet meer zo veel toeren te hoeven. Nu kun je natuurlijk stoppen wanneer je wilt, maar ik heb uiteindelijk wel de afmetingen uit het patroon ongeveer aangehouden. En ik had gelukkig voldoende garen. Ik heb dit vest ook opgespannen, vooral in de hoop dat de kraag dan mooi zou vallen. Het duurde ongeveer drie jaar voor het droog was, maar toen kon ik het eindelijk aan… en was ik helemaal niet tevreden. Ik vond echt zo’n beetje alles eraan lelijk. Oké, de kleur niet, die is perfect (en belachelijk slecht op een foto te vangen). Maar verder? De mouwen waren veel te lang, de pasvorm was niet mooi, had ik dan toch een M moeten breien? De kraag bleef niet mooi plat liggen en de mouwinzet was niet verbeterd door het wassen. Stom vest.

Het leek me een goed idee om het even weg te leggen en het daarna ‘gewoon’ aan te trekken. Mouwen omslaan, kraag een beetje anders vouwen en gaan. Ik vind het sowieso altijd lastig om mijn breisels te dragen omdat ik bang ben dat er iets mee gebeurt. Terwijl ik wel graag dingen brei met het idee dat ik ze dan kan dragen, ik denk dat ik niet per se een process knitter ben. Maar als ik dan iets af heb, ben ik altijd bang dat het vies wordt of kapotgaat, dat vind ik dan zonde van mijn werk. Alsof het niet zonde van mijn werk is als het in de kast blijft…

Ik hoop dat het er nu eindelijk te warm voor wordt, maar ik heb mijn Georgetown inmiddels een paar dagen gedragen en ik voel me er gelukkig al wat beter over. Ik weet niet precies hoe het gebeurd is, maar dat is zo. Het zit in ieder geval lekker. S. heeft het voor elkaar gekregen om er een foto van te maken waarop je de dingen die ik problematisch vond amper ziet, mensen vragen of dit nou dat vest is en vinden het mooi.

Patroon: Georgetown van Hannah Fettig
Garen: Malabrigo Rios in de kleur Pearl (100 procent merino)
Naalden: 3,25 en 4,0 mm

Hikari
Ik dacht eigenlijk dat ik al meer verteld had op mijn blog over mijn Hikari, maar blijkbaar niet. Dit shirtje was het volgende op mijn imaginaire lijstje. Het garen daarvoor was het enige wat ik nog niet had gebruikt van mijn aankopen op de Breidagen. Niet dat ik daar extreem veel had gekocht, maar toch heel fijn dat ik nu overal iets mee heb gedaan/doe (dit kan nog altijd niet gezegd worden van al mijn eerdere aankopen, ahum). De aanloop naar het daadwerkelijk breien van dit patroon was heel lang. Ik heb lang gewacht tot het patroon los verkrijgbaar was omdat het eerst alleen in een duur tijdschrift stond waar ik verder niets uit wilde maken, en de Breidagen waren ook alweer in oktober. Ik had er echt zin in, maar de lange aanloop maakte het ook wel lastig. Het schoot om te beginnen niet zo op met m’n proeflapjes. Ik breide er een op 3,25 mm, een op 2,75 mm en besloot toen voor 3 mm te gaan. En het schoot al helemaal niet op met de opzet, want die lukte niet.

De bijzondere constructie was juist een van de redenen dat ik geïnteresseerd was in dit patroon, maar ik heb die al flink vervloekt. In dit patroon begin je met een i-cord cast on. Kende ik nog niet. En ik was eigenwijs, want in plaats van strikt het patroon te volgen, keek ik naar foto’s van een willekeurige breister online, want die geschreven instructies zeiden me niet zoveel. En ik bedacht dat het toch altijd veel mooier werd met kfsb dan met kfb, dus dat ging ik doen. Zoals dat altijd gaat bij mij: als ik denk dat de ontwerper het wel het beste zal weten, blijkt het patroon vaag en die ene keer dat ík denk het beter te weten, blijkt dat niet zo te zijn. Mijn manier leverde wel een i-cord cast on op, een nette ook nog eens, al zeg ik het zelf, maar bij deze constructie bleek het juist de bedoeling dat de eerste toer losser was, want daar moet je later nog steken opnemen. Ik snapte de uitleg in het patroon al niet, zag niet wat je zou moeten zien en voelde de bui al een beetje hangen, maar natuurlijk toch eerst verder gebreid tot het punt waarop ik die steken op moest nemen. Om dan te concluderen dat ik het nog steeds niet begreep en na heel veel gehannes dat het zo toch echt niet ging lukken. Argh. Zoeken in projecten van anderen, geen klachten kunnen vinden over dit deel, dus het zal dan toch wel aan mij liggen. Helemaal opnieuw beginnen dan maar, dit keer wel strikt volgens de instructies. Die ik eerst alsnog niet begreep. En die een vrij slordige opzet tot gevolg hadden. Maar dat bleek dus de bedoeling, want nu zag ik een stuk meer van wat ik moest zien en lukte het wel. Ik voelde me meteen weer een stuk beter. Wat kan ik mezelf toch in de weg zitten.

Aan de uiteinden ziet het er nog steeds niet helemaal perfect uit (het is de bedoeling dat het i-cord over die lossere steken heen valt), maar het kan er zeker mee door. Vanaf de bovenkant van het i-cord brei je de beide schouders apart, en aan de andere kant een stuk recht naar beneden. Aan de voorkant zit een V-hals, en dan komt dat allemaal bij elkaar en brei je verder rond. Kun je er iets van maken? Het is in ieder geval iets met veel verkorte toeren, kan ik je vertellen. En ik snapte maar niet waarom de schouders niet precies gespiegeld waren, heb het patroon zelfs nog aan m’n schoonzus voorgelegd. Zij ontdekte dat dat in een veel latere toer wel weer rechtgetrokken werd en suggereerde dat het iets te maken had met aan welke kant je eindigde met je draad. Het zou ook vast niet opvallen, maar toch wilde ik ze liever precies gespiegeld hebben. Verder kon ik me aanvankelijk de halslijn niet goed voorstellen. Die blijft zoals hij nu is, dus ik ga daar niet later nog steken opnemen. Dat was voor mij belangrijk om te weten, want daardoor moest ik ervoor zorgen dat ik aan de kant van de mouwen van bol wisselde (handgeverfd garen). Ik vroeg me af of dat wel mooi zou worden, maar dat vind ik nu toch wel.

Gelukkig heb ik nog weinig kleurverschil gespot in m’n garen, want met al die verkorte toeren kreeg ik het echt niet voor elkaar om af te wisselen, dus dat ben ik daarna pas weer gaan doen. Ik dacht dat ik er boven en onder het i-cord sowieso wel mee weg zou komen, maar verder lijkt het ook goed uit te pakken. Ik had er helemaal niet over nagedacht dat het een probleem zou kunnen worden, dus dat is echt mazzel.

Het werkje is ook goed te zien, ik vroeg me af of het garen daar effen genoeg voor zou zijn, maar ik vind van wel. Het is niet zo heel moeilijk, gerstekorrel en wat gedraaide steken, maar het gaat wel traag naar mijn zin. Nu ben ik bijna klaar met die driehoeken, nog een klein stukje en ik kan aan de boord beginnen. Ik legde m’n shirtje neer… en kwam tot de conclusie dat het nog erg kort leek. Opmeten. Hm. Inderdaad best kort. Hoeveel centimeter zou er nog bij komen? Tja, niet zo veel dus.

En nu? Weet ik nog niet. Ik weet ook niet precies wat er is gebeurd. Heb ik slordig gemeten? Niet goed gekeken naar de afmetingen in het patroon? Maakt het toch ineens heel veel uit of ik heen en weer brei (eerste stuk) of rond (de rest)? Zou allemaal kunnen. M’n proeflapjes waren heen en weer gebreid, en ik heb dus uiteindelijk nog een andere naald gepakt. Op dit moment zit ik eerlijk gezegd nog een beetje in de ontkenningsfase en hoop ik dat de lengte straks ineens veel beter blijkt te zijn na het wassen en opspannen. En ja, dat kan natuurlijk ook wel wat schelen, maar of het genoeg zal zijn? Het is merino, maar geen superwash, en er zit wat linnen in, wat niet schijnt te rekken. Dus tja. Ik wil het wel afwachten, want ik heb echt geen zin om die hele driehoek uit te halen.

Mensen vroegen of ik niet gewoon de boord langer kon breien. Een beetje. Het patroon loopt op een bepaalde manier door in de boord, dat moet wel in verhouding blijven, maar ik ben wel van plan om er een paar toeren bij te smokkelen. Maar of dat genoeg helpt… Tessa had een iets rigoureuzere oplossing: boven de driehoek doorknippen, daar een stuk tussen breien en dan weer aan elkaar zetten. Eh… wat? KNIPPEN? Ik weet niet of ik dat durf. Tot nu toe ben ik ver uit de buurt gebleven van technieken waarbij je in je breiwerk moet knippen (zoals steeken en afterthought heels), want het voelt heel fout en ik kan niet goed knippen. Maar als het toch veel te kort blijkt en het alternatief is om die hele driehoek uit te halen, kan ik het net zo goed proberen, denk ik. Dus dat is zo’n beetje het plan (maar ik hoop nog steeds dat dat allemaal niet nodig is).

Patroon: Hikari van Bernice Lim
Garen: 90% merino, 10% linnen van Apmezga
Naalden: 3 mm

Sokken
Ik ben ook nog steeds bezig aan m’n sokken. Van sok 1 hoef ik ook alleen nog maar de draadjes weg te werken. Ze worden best leuk, maar ik heb nog steeds heel weinig ruimte in m’n hoofd om aan het patroon te werken, dus dat schiet nog totaal niet op. Ik moest trouwens een stuk van de hiel opnieuw doen omdat ik alweer vergeten was dat bij dit garen (Jawoll van Lang Yarns) een extra klosje garen in dezelfde kleur zit zodat je de hiel daarmee kunt verstevigen. Geen idee of dat goed werkt, maar ik heb het alsnog gedaan. En ik weet niet wat het is, maar ik heb ook nog maar weer eens een andere boord geprobeerd bij deze sok omdat ik er toch weer niet tevreden over was. Nu wel, voor hoelang het duurt. Sok 2 heb ik opgezet, maar niet meer dan dat.

Punchen
Weet je nog dat ik heel lang geleden een keer op de Handwerkbeurs een punchnaald had gekocht? Waarschijnlijk niet, want dat ding heeft jaren in de kast gelegen zonder dat ik er iets mee deed. Het leek me leuk om het een keer te proberen, maar blijkbaar niet zo leuk dat ik het ook daadwerkelijk ging proberen. Maar nu heb ik van M. punchstof gekregen voor mijn verjaardag, dus nu kan het! Ik vind het best leuk (lekker een beetje rammen, dat is iets voor mij!), maar ook nog wel lastig. Volgens mij is het de bedoeling dat de lussen aan de achterkant loszitten, maar die zitten dus los en vliegen er vooral bij een nieuwe kleur bij mij regelmatig uit. En ze zijn zeker nog niet zo regelmatig dat ik de achterkant als voorkant zou kunnen gebruiken voor een hariger effect. Maar het voelt goed om het eindelijk te doen.

Ik heb trouwens ook weer geweten dat ik lui ben, want ik was gewoon begonnen, zonder een stuk stof af te knippen en zonder iets te doen met de randen. Die randen rafelen dus als een gek, weet ik nu. Dus nu heb ik ze toch maar gezigzagd op de naaimachine, maar je weet hoe goed ik ben op de naaimachine: bijzonder slecht. Dus of het gaat houden, is nog een verrassing.

Bij de punchstof kreeg ik trouwens ook een punchnaald, van Durable. Handig voor nog dikker garen, maar ik ben er nog geen vrienden mee. Ik snap nog niet goed hoe de losse naalden erin moeten. Misschien kun je die niet verstellen, zoals bij mijn andere naald wel kan (dat heeft effect op de lengte van de lussen, in theorie dan, als je het beter kan dan ik nu)? Ik moet me er nog verder in verdiepen. De naald die ik nu gebruik is trouwens van Studio Koekoek en de stof komt van Iris Borduurt. Als patroon heb ik zomaar wat verzonnen.

Ik merk dat ik onrustig ben en heel graag van alles wil maken in plaats van de dingen afmaken die ik aan het maken ben. Ik pruts met restjes en ben al voor mezelf aan het beargumenteren dat ik wel een nieuwe shawl mag opzetten omdat m’n Sandbank af is. En omdat het niet zo lekker gaat met m’n Hikari, wil ik eigenlijk ook vooral ándere shirtjes breien. Zoals de Moonset Tee van Hailey Smedley, en dan ook in het aangeraden garen, de zijde van Knitting for Olive. Ik gebruik liever geen zijde, maar bij deze zijde worden de rupsen niet levend gekookt, dus dat vind ik een fijner idee.

Overigens ben ik de eerste die toegeeft dat mijn garenkeuze nog steeds groener en diervriendelijker kan en dat ik daar soms hypocriete keuzes in maak. Ik probeer heus een beetje op dierenwelzijn en de aarde te letten, maar toch ook op mijn portemonnee, wat mooi is en beschikbaar. Het blijft lastig, wol is natuurlijk niet vegan, maar de katoenteelt heeft ook veel nadelen (ook de biologische). En dus gaat het vaak niet veel verder dan of merino mulesing-free is, en probeer ik mijn geweten te sussen met het idee dat ik mijn gebreide kledingstukken in ieder geval jaren draag (als het goed is) en dat ze door mij gemaakt zijn in plaats van door kinderen in ontwikkelingslanden.

Maakwerk vlak voor de lente

Ik had januari overgeslagen omdat er toen niet veel te melden viel. Ik was niet van plan om februari ook over te slaan, maar nu is het toch ineens alweer half maart. Dat zou je helaas niet zeggen als je mijn projecten bekijkt. Het gaat wel wat beter met m’n schouder, maar ik heb toch nog steeds het idee dat ik er voorzichtig mee moet zijn. En ik wil echt eerst dingen afmaken voor ik weer aan nieuwe dingen begin. Dat is niet helemaal gelukt, maar dat blijft mijn streven.

Ik kan kort zijn over de afgelopen maanden: Sandbank en Georgetown. Georgetown en Sandbank. Ik ben ver met beide, maar beide leken ook helemaal tot stilstand te komen. Dat kan niet als je er wel aan breit, weet ik, maar ik breide er niet zo heel veel aan en zo leek het. Lastig om dan door te gaan. Vandaar ook dat ik van mezelf niet aan andere dingen mag werken, want die zouden dan zoveel interessanter zijn dat deze projecten zeker in een donker hoekje zouden belanden.

Sandbank
M’n Sandbank is eindelijk bijna af! Ik ben klaar met breien. Heel gek als je er zo lang aan gewerkt hebt, het voelde ook heel plotseling. Ik moet nu alleen nog de draadjes wegwerken en de sjaal opspannen. Ik heb het al een paar keer gezegd: dat opspannen was bij Sandbank #1 een drama, dus daar ben ik nu nog even blijven steken. Een andere reden daarvoor is dat ik hem op zolder neer moet leggen (hij is al groot, maar wordt nog groter) en het daar nu vaak erg koud is. O, en ik houd dus niet van draadjes wegwerken.

Het helpt om er hier over te mopperen, merk ik, want daardoor denk ik nu wel: Kom op, doe dat, hij is bijna af! Ik heb trouwens wel al een heel aantal foamtegels in elkaar gepuzzeld (daar slepen m’n kinderen nog weleens mee), hopelijk genoeg om hem straks op te leggen. Ik blijf dit een erg leuk patroon vinden, maar ik denk niet dat ik er meteen nog een ga maken.

Patroon: Sandbank van Lea Viktoria
Garen: Holst Coast in de kleur Sea Green (50 procent merino, 50 procent katoen)
Naalden: 3 mm (2,5 mm voor de opzet)

Ik heb ondertussen ook weer veel gekeken naar andere shawls en heb mijn oog laten vallen op Stellate van Julie Knits in Paris, die ik blijkbaar al meer dan vijf jaar in mijn Favorites op Ravelry heb zitten (dat kun je zien). Gek hoe zo’n patroon dan ineens weer je aandacht kan trekken. Hij ziet er mooi uit, ik denk dat hij leuk is om te breien (met brioche!) en ik zie mezelf er ook al in verdwijnen.

Een andere shawl waar ik benieuwd naar ben is EWEYE van Olga Buraya-Kefelian. Ook deze shawl zie ik mezelf zeker dragen. Heel interessant patroon, en aan de voorbeelden te zien maakt het voor de look ook echt uit welke kleuren je kiest als kleur A, B en C. Bovendien heb ik begrepen dat het bij deze shawl makkelijk is om de draadjes weg te werken, en daar ben ik uiteraard zeer gevoelig voor :)

Al weet ik nog niet of ik meteen hierna weer een shawl ga opzetten.

Georgetown
Ook m’n Georgetown vordert, maar daarbij zit ik nog vast in de kraag (zoals ik bij m’n Sandbank ook eindeloos vastzat in de rand). De vorige keer was ik nog bezig aan de tweede mouw, dus er is zeker iets gebeurd, maar zo voelt het niet. Deze foto is ook al van een maand geleden omdat ik te lui ben om de steken weer over twee naalden te verdelen, maar veel lijkt er niet veranderd (en de kleur blijft elke keer anders). De kraag is breder geworden en ik weet dat ik er bijna ben, maar de laatste loodjes wegen zwaar. De boordsteek is saai, m’n schouder protesteert er snel tegen en ik blijf worstelen met het wisselen tussen de verschillende bollen.

Ik wist dat ik niet genoeg garen zou hebben om de hele kraag van een bol te breien (zoals ik bij de andere boorden heb gedaan), maar ik wist ook niet goed hoe ik dan zou kunnen wisselen. Met twee bollen werd de rand lelijk, met drie bollen vond ik te veel gedoe, dus nu doe ik het opnieuw met twee, maar schuif ik de steken naar de andere kant van de naald in plaats van dat ik keer. De voor- en achterkant zien er hetzelfde uit in de boordsteek, maar ik brei zeg maar eerst de voorkant met draad A, dan de voorkant met draad B en dan keer ik pas. Ik wissel dus elke toer van bol, zodat ik elke keer maar een klein stukje met de draad naar boven hoef. Helemaal tevreden over de randen ben ik nog steeds niet, maar het kan ermee door.

Ik ben wel blij dat de tweede mouw af is. Het is fijner om steken op te nemen rond het armsgat dan om een mouw daar later in te zetten (ik weet eigenlijk niet of ik dat ooit al heb gedaan, ik denk eigenlijk dat mijn moeder dat voor me heeft gedaan bij mijn eerste twee truien), maar dat betekent wel dat het hele vest eraan hangt en de hele tijd draait. Op een gegeven moment was ik hier ook helemaal de draad kwijt met het wisselen van de twee bollen, ik hoop maar dat het uiteindelijk goed is gegaan. Je ziet op dit moment wel een beetje waar ik het heb gedaan, ik hoop dat dat nog wat minder wordt door het wassen en blocken.

En ik hoop dat ik genoeg garen heb! Ik dacht dat ik ruim voldoende had, maar ik ben uiteindelijk voor maat L gegaan en heb het vest volgens mij ook wat langer gemaakt dan in het patroon, dus nu is er ineens niet zo veel meer over. De kraag zal sowieso wel groot zijn, dus waarschijnlijk is het geen probleem, maar toch. Ik weet nog dat S. zei: ‘En anders brei je gewoon nog een muts van de rest!’ Dat gaat niet gebeuren.

Patroon: Georgetown van Hannah Fettig
Garen: Malabrigo Rios in de kleur Pearl (100 procent merino)
Naalden: 3,25 en 4,0 mm

Sokken
Ja, toch een nieuw project(je), mijn excuus is dat ik met de trein naar Amsterdam ging (om Les Misérables te zien in Carré, was fantastisch) en iets kleins bij me wilde hebben. Uiteindelijk heb ik alleen op de terugreis een paar toeren gebreid en die vervolgens thuis net zo hard weer uitgehaald omdat mijn linksvallende en rechtsvallende meerderingen de verkeerde kant op bleken te vallen. Dus tja.

M. en S. vroegen onafhankelijk van elkaar of ik ‘weer een blaadje’ aan het breien was. Eh… nee :) Dit worden de sokken die ik al een keer heb gebreid, maar dan in kleuren die ik beter bij het patroon vind passen. Ik heb zowaar mijn aantekeningen nog (al moest ik wel over een krabbeltje érg diep nadenken voor ik me herinnerde wat ik daarmee bedoelde).

Wordt vervolgd, ik wil hier heel graag een patroon van maken, maar dan moet het wel ook voor meerdere maten zijn, dus dat wordt nog flink puzzelen en rekenen. Het lekker felgroene garen is trouwens Jawoll van Lang Yarns.

Haarfrutsels
S. had ‘Raar met je haar’-dag op school. Leuk, alleen zou ze eerst gym hebben en draagt ze een fietshelm. We moesten dus op zoek naar iets raars wat in die omstandigheden bruikbaar was. En dat zijn deze speldjes geworden, die ze zelf in kon doen na gym. Door drie vasten te haken in elke losse gaat de sliert vanzelf krullen (ook bekend van de octopusjes en vogeltjes voor te vroeg geboren kindjes). S. was blij, dus ik ook.

Maakwerk van december

Het nieuwe jaar is begonnen, en ik heb geen overzicht van het vorige gemaakt. Dat hoeft natuurlijk ook niet, maar misschien heel kort nog even. Vanaf januari kwamen de afleveringen van De BreiSTER online, waar ik heel veel over heb geblogd. Daarna lukte het vanaf de zomer om Maakwerk weer op te pakken. Ik heb niet zo veel projecten afgemaakt, maar wel een paar grotere. Mijn Nightbook kwam eindelijk af (ik heb hem aan terwijl ik dit typ), ik maakte een tweede Liefstebeest voor m’n kinderen en twee dekens met wafelstof erachter van de ‘mislukte vierkanten’ voor M. en voor M. En twee paar sokken. Ik ben naar de Handwerkbeurs en de Breidagen geweest. Niet slecht.

En nu werk ik aan Sandbank #2 en aan Georgetown (foto). Alleen nú even niet, want m’n schouder doet zeer en alles zit vast in die regio. Ik denk dat ik tijdens de kerstdagen iets te enthousiast heb gebreid, en verder zal het wel weer een combinatie zijn van te veel telefoon en laptop en stress. Zeker ook stress. We hebben weer erg roerige weken achter de rug met D., gelukkig niet door koortsstuipen zelf, maar wel door de impact daarvan (daar laat ik het even bij, anders typ ik mezelf waarschijnlijk een nog meer overbelaste schouder). Ik heb het er lastig mee, want ik heb handwerken echt nodig voor m’n mentale welzijn en doe het normaal gesproken vrijwel elke dag (je zou het ook een verslaving kunnen noemen), en nu kan dat dus niet. Erg frustrerend, omdat ik er nu wel tijd voor zou hebben, en ik ben dan ook echt jaloers op iedereen die nu lekker aan het breien is. Maar ja, beter om nu even heel rustig aan te doen en dan straks weer verder te kunnen. Ik weet nog niet wanneer dat is, hoelang ik het volhoud om niks te doen. Ik weet wel dat ik in de zomer van 2021 ook last had van mijn schouder. Het blijft een beetje een zwakke plek. Ik ging toen zelfs zonder handwerkje op vakantie op vakantie had ik er toen zo ongeveer nog meer last van dan daarna, en toen de BreiSTER dat najaar was en ik extreem veel breide juist weer niet. Dus ik weet het ook niet precies, ik kan alleen maar hopen dat het snel weer beter gaat (en mijn arme omgeving ook).

Bij m’n Sandbank ben ik inmiddels halverwege de rand, daar valt op dit moment niet zoveel over te vertellen. Ik heb bedacht dat twintig toeren rand na de opzettoeren wel een mooi aantal is. Het duurt erg lang en ik kijk al uit naar het afkanten. Niet naar het opspannen, want dat was vorige keer een drama.

Daarnaast dus Georgetown, daar ben ik erg mee opgeschoten. Ik ben nu bezig aan de tweede mouw, en de vijfde en zesde streng van de zeven strengen die ik heb. Volgens mij heb ik hem iets langer gemaakt dan in het patroon. Je breit dit vest van onder naar boven, dus je moet er een beslissing over nemen in plaats van dat je kunt kijken waar je uitkomt. De maat, groter dan ik normaal zou kiezen, lijkt wel goed uit te pakken. Het idee dat je bij breien dingen zelf kunt aanpassen voor jouw lichaam en jouw smaak kan me erg in de weg zitten. In mijn hoofd wordt het al snel: dus het moet perfect zijn.

Er zit wat waist shaping in dit vest, maar daarna is het gewoon een stuk recht omhoog. Dat vond ik een beetje saai, ik was blij toen ik steken af kon kanten voor de armsgaten. Maar toen was het natuurlijk nog helemaal niet af en irritant met die smalle stukjes.

De schoudernaden sluiten vond ik ook maar ingewikkeld. Ik heb er niet zoveel ervaring mee, ik probeer altijd patronen uit te zoeken waarbij ik zo min mogelijk achteraf in elkaar hoef te zetten. Nu valt dat hier bij de ‘mostly seamless’ versie wel mee, die schoudernaden zijn ook meteen de enige naden, maar ik weet niet of het zo helemaal goed is.

Ook nog best ingewikkeld om vervolgens netjes steken op te nemen voor de mouwen. De mouwen zelf zijn een hele klus, met veel verkorte toeren aan het begin. Op zich wel interessant en de pasvorm lijkt tot nu toe goed, misschien gingen de klachten dan toch vooral over de versie in losse delen. Ik denk wel dat ik het mooier had gevonden als de minderingen in de verkorte toeren gespiegeld waren geweest. Ik realiseerde me echter pas in de tweede mouw dat dat niet zo was, dat rechtsachter hetzelfde was als linksvoor. Ik denk niet dat het heel erg opvalt, ook doordat het zo dicht bij de naad is, maar het stoort me dan toch, ik wil dat het symmetrisch is. En ik denk dan ook: Ik heb betaald voor dit patroon, dan hoor ik hier niet over na hoeven denken. Ik wilde echt niet een hele mouw uithalen omdat het 5 keer ‘verkeerd’ was welk steekje boven lag en welk steekje onder, dus uiteindelijk heb ik eroverheen gemaasd. Ik hoop dat dat nog wat minder gaat opvallen na het wassen. In mouw 2 kon ik het nog naar m’n zin maken. Zo is het in ieder geval overal hetzelfde.

Ik vind het patroon sowieso best warrig, je breit de mouw rond, maar aan het eind van de omschrijving worden ineens de goede en de verkeerde kant genoemd. En ik ben uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat ‘every 8 rows’ hetzelfde betekent als ‘every 8th row’, maar dat vind ik dan toch verwarrend, de redacteur in mij wil dat consequent hebben.

Ik denk dat het nu verder wel moet lukken, de tweede mouw moet ‘gewoon’ precies hetzelfde worden als de eerste, ik heb aantekeningen gemaakt. En dan nog de kraag eraan. Die is behoorlijk groot en de zijkanten krullen nu nog heel erg naar binnen, dus ik vind het best lastig om me voor te stellen hoe het er uiteindelijk uit zal zien.

Patroon: Georgetown van Hannah Fettig
Garen: Malabrigo Rios in de kleur Pearl (100 procent merino)
Naalden: 3,25 en 4,0 mm

Voor dit jaar heb ik nog niet zo veel concrete plannen, niet zo fijn om over te schrijven nu ik niet kan handwerken en ook altijd maar weer afhankelijk van de situatie hier. Dat niemand van ons op de ic belandt is opnieuw de hoop, vorig jaar helaas niet gelukt. Dat klinkt misschien nuchterder dan ik bedoel, want ik vind het heel beklemmend.

Misschien dan toch maar een lijstje met wat ideetjes, zonder de druk dat dit ook echt allemaal moet gebeuren.

★ Ik wil m’n Hikari breien, ik heb het patroon, ik heb er garen voor gekocht op de Breidagen, dus niks houdt me tegen (afgezien van mijn schouder dan nu). Je leest hier meer over mijn plannen.

★ Ik zou graag een keer een trui haken. Beetje geïnspireerd op juf Sas (zie verder), al denk ik dat het uiteindelijk geen trui van haar gaat worden, omdat het me tegenstaat dat zij schijnbaar alleen uitlegt hoe je hem in je eigen maat kunt maken, in plaats van dat ze verschillende maten heeft uitgewerkt.
Acre is een goede optie, ik vind die punt heel gaaf, dat krijg je met breien niet makkelijk voor elkaar, en City Lights ook (al vind ik die wel echt te kort in het patroon). Grappig dat ik dan toch vaak word aangetrokken door haakwerk dat op breiwerk lijkt, dat vind ik dan blijkbaar toch het mooist. Of toch een granny square-vest, zoals Ariana (blijft leuk), of meer een opengewerkt vestje zoals Rosal (over dat soort vestjes ben ik dubbel, want ik weet dat ik ze niet veel draag, maar ik vind dat soort haakwerk wel altijd heel leuk). Van haken krijg ik trouwens meestal nog sneller last van m’n schouder dan van breien, dus of dit realistisch is…

★ Punchen komt toch ook nog maar een keer op het lijstje. Ik heb jaren geleden een punchnaald gekocht bij Studio Koekoek en toen niks. Het lijkt me nog steeds leuk om te doen, maar ik heb het nog steeds niet gedaan. Ik heb trouwens een setje van drie verschillende naalden (deze, volgens mij), en daardoor echt allerlei garen dat ik ervoor zou kunnen gebruiken, dus wat dat betreft heb ik geen excuus. Punchstof heb ik trouwens niet, ik weet ook niet of dat per se nodig is, maar misschien moet ik een lapje kopen om de drempel nog wat te verlagen.

★ Ik wil eigenlijk vooral heel graag deze trui die ik op Instagram heb gezien. Die vind ik helemaal geweldig. Het probleem is dat die vrouw hem zelf heeft ontworpen, maar er geen patroon voor wil schrijven. En ik vrees dat ik nog steeds niet genoeg weet van het ontwerpen van kledingstukken, maar ik overweeg toch wel sterk om te proberen of ik hem na kan maken. Het patroon van de takjes heb ik alvast gevonden in de Japanese Knitting Stitch Bible, dus dat scheelt (het is nr. 129 voor als je het boek ook hebt, misschien een van de redenen dat er geen patroon van gaat komen). Ik ben daar blij mee, want ik heb dus dat boek, maar heb er nog alleen maar in zitten bladeren en wil er graag eindelijk eens echt iets uit breien. In het midden zit een soort gevlochten kabel. Die heb ik niet in dat boek kunnen terugvinden, maar volgens mij is het een soort Celtic plait zoals hier, maar dan breder. Ertussen zitten volgens mij kabeltjes over 2 (?) steken die steeds dezelfde kant op kruisen. Verder is alles in tricotsteek en de boorden zijn in twisted rib. Vanwege dat paneel zal de trui van beneden naar boven zijn gebreid, misschien wel in het rond en dan op een gegeven moment de voor- en achterkant scheiden voor de armsgaten? Je merkt wel dat ik niet echt een idee heb. Dat paneel ziet er indrukwekkend uit, maar ik vrees dat de constructie van de trui een groter probleem gaat zijn voor mij.

★ Ik zag een foto terug van de Polaris die ik ooit voor M. heb gebreid. Die is helaas extreem gekrompen en vervilt doordat ze hem per ongeluk in de wasmachine had gedaan. Toen dacht ik toch: Misschien moet ik gewoon een nieuwe voor haar breien. Of iets anders, als ze dat liever heeft. Dat verdient ze zeker!

Tot slot nog een paar tips voor bij het handwerken. Je hoeft er natuurlijk niet per se bij te handwerken, maar als je daar helemaal niet van houdt, lijkt het me niet zo waarschijnlijk dat je dit leest, dus tja.

Vlog: De (maand)vlogs van juf Sas. Ik vind ze… fascinerend. Hoe ze haar leven laat zien, hoe ze soms haar eigen volgers/klanten afkraakt, hoe ze de randen van haar vesten niet afwerkt en dan beweert dat het ‘truttig’ is om dat wel te doen… Ik vind het matig dat ze zoveel nieuwe kleding en andere dingen koopt, maar ik vind het wel altijd erg leuk om meer te horen over haar werk in de bibliotheek. En ze doet het toch maar, met al die patronen en samenwerkingen en wat al niet meer, dat kan ik over mezelf niet zeggen.

Tv-programma: De invasie van België. Ongetwijfeld zwaar gescript, maar ik geniet er toch van. Ik vind het vooral erg leuk dat Slongs meedoet. Ik weet niet meer hoe we haar leerden kennen, maar we zijn in 2016 zelfs helemaal naar Vilvoorde gereden om haar te zien optreden, en dat was een van de betere dagen van m’n leven. Overigens zagen we Gers Pardoel daar ook (hij doet toevallig ook mee aan dit programma), maar die liep alleen maar te klagen over het geluid en kwam erg onsympathiek over. En ’s avonds zagen we Clouseau en dat was fantastisch (maar zij hebben niks met dit programma te maken).

Podcast: De gestolen schilderijen van Jopie Huisman. Ik ben bezig aan het vierde en laatste deel. Ik ben niet speciaal geïnteresseerd in Jopie Huisman, ik kende hem eigenlijk niet eens, maar deze podcast is zo goed! Ik heb het allerliefst Nederlandstalige verhalende podcasts, en deze is ook weer zo mooi gemaakt, ze vertellen het verhaal zo goed en het is vaak ook zo grappig. Helpt ook mee dat het verhaal zich grotendeels afspeelt in Nuenen, waar mijn schoonfamilie woont. Hij is van Simon Heijmans en Marion Oskamp. Zij hebben eerder De brand in het landhuis gemaakt, en die is ook zeker de moeite waard.