Maakwerk van november

Bij het schrijven van deze blog realiseerde ik me dat ik maar aan weinig projecten tegelijkertijd werk. Op zich wel goed, want dan komt er nog eens iets af. Wel een beetje saai voor de blogs, misschien. Ik blijf ook wel steeds kijken naar projecten, dus in die zin ben ik ze ook weer niet heel erg trouw. Advent-/kerstprojecten in theorie ook altijd superleuk, maar het is me nog nooit gelukt om ook daadwerkelijk zoiets te doen, dus tja.

Deze maand ontdekte ik een gaatje in de mouw van mijn Trove. Paniek! Ik ben natuurlijk heel bang voor motten, zeker sinds de recente gaten in m’n sokken, maar dit leek het enige gaatje in mijn trui te zijn en de draad was maar op één plek gebroken, dus ik weet niet. Het zag er niet zo aangevreten uit als m’n sokken en ik vind dat dit garen (Ulysse van De Rerum Natura) supersnel breekt. Dus misschien was het toch een ongelukje? Ik heb het gaatje gerepareerd, een extra zakje lavendel opgehangen en hoop er maar weer het beste van (maar man, wat vind ik dit soort dingen altijd frustrerend).

Deken
M’n deken is af! Dat werd tijd. Wat kan ik er verder over zeggen? De voldoening staat niet in verhouding tot de hoeveelheid werk. Er zijn te veel dingen hieraan niet gelukt. Ik ben wel blij dat ik alsnog met alle vierkanten iets heb gedaan en dat ik voor wafelstof aan de achterkant heb gekozen. En ik heb toch maar mooi weer eens een project gedaan op de naaimachine! Inmiddels heb ik hem gegeven aan mijn kersverse nichtje en de familie leek er toch best blij mee, ook al ziet schoonzus echt de fouten wel (zij kan heel goed breien en is sowieso beter op de naaimachine dan ik) en heeft ze het hele verhaal volgens mij ook wel een beetje gevolgd. Ik kreeg vandaag een foto van de baby onder de deken ♥

Ik vind het ook superleuk dat ze nu het dekentje dat ik twee jaar geleden voor haar grote broer heb gebreid nu ook weer gebruiken. Met dat patroon zou ik toch ook nog wel een keer iets willen doen. Ik ben er nog steeds wel enthousiast over (dat dekentje was dubbelgebreid), maar ik heb er alleen foto’s van laten zien bij mijn aanmelding voor De BreiSTER en ik heb ergens een bestandje met een half uitgeschreven patroon erin. Ik zou nog wel een grotere willen maken voor mezelf, maar of dat ervan komt? Het idee van dekens breien staat me altijd aan, maar uiteindelijk brei ik ze eigenlijk alleen voor (nabije) baby’s.

Garen: Natura Just Cotton van DMC, in de kleuren Nacar, Pistache en Zaphire
Naalden: 2,0 mm

Georgetown
Ik ben hier eindelijk aan begonnen! En ik ben alweer iets verder dan op de foto, maar het licht is er niet beter op geworden, dus hier moeten jullie het even mee doen. Vorige maand had ik alleen nog maar twee proeflapjes gebreid, en toen niks. En daarna nog steeds niks. Het duurde lang voor ik zin had om dit vest op te zetten, ik weet ook niet precies waarom. En toen ik dat eindelijk wilde doen, moest ik eerst het halve huis door om mijn rondbreinaald van 3,25 mm te vinden. Ik twijfelde tussen 3,5 of 3,25 mm, maar het is dus 3,25 geworden. Ik vraag me weleens af of ik een rondbreinaaldenset zou moeten hebben, vooral omdat ‘iedereen’ een rondbreinaaldenset lijkt te hebben. Het lukt me nooit om mijn naalden netjes bij elkaar te houden, en ik vrees dat me dat bij een (dure) rondbreinaaldenset nog steeds niet zou lukken. Vooralsnog laat ik het dus zo. En uiteindelijk heb ik ook dit keer weer de goede naalden gevonden!

Ik heb het idee dat in elk licht de kleur van dit garen net een beetje anders is, soms een stuk grijzer, soms meer lila. Het garen is erg zacht en breit heel fijn, maar op dit moment heb ik toch wel veel twijfels over het vest. Ik twijfel over de kleur, misschien toch te flets? Al is daar deze dagen niet zo veel over te zeggen, het is zo koud en donker, het zou goed mijn winterdip kunnen zijn die spreekt. Ik wissel elke twee toeren van bol en ik vrees soms ook dat er te veel pooling gaat optreden (dus dat de paarse stukken uit het garen te veel op één plek komen, waardoor het vlekkerig wordt). Maar ik heb eigenlijk echt geen zin om met drie bollen tegelijk te gaan breien. Ik weet ook niet of dat gaat helpen, projecten van anderen met deze kleur garen zien er ongeveer hetzelfde uit, dus het garen is waarschijnlijk ook gewoon zo. Ik heb ook het idee dat ik niet per se drie bollen hoef te gebruiken, ik zie gelukkig geen strepen (hopelijk bij meer licht nog steeds niet). Ik twijfel wel over hoe zichtbaar de minderingen zijn in dit garen en ook over de maat. Ik brei meestal een M, maar heb nu voor een L gekozen omdat ik het vest op de foto’s bij het patroon best strak vind zitten bij het model, met een grote opening aan de voorkant, daar ben ik niet naar op zoek. Ik wil er juist nog van alles onder kunnen dragen. Maar ik ben nu natuurlijk bang dat het om mijn lijf gaat slobberen.

Ik brei de ‘mostly seamless version’ (want ik haat dingen in elkaar zetten). En je breit het vest van onder naar boven, dus er is straks niks meer aan de lengte te doen. De rand ziet er op dit moment niet echt mooi uit, ik brei alle steken in alle toeren, dus geen speciale kantsteken. Langs die rand moet ik uiteindelijk nog steken opnemen voor de kraag, en ik hoop dat dat zo goed gaat lukken. Ik was te lui voor een speciale opzet, al was het maar omdat ik dan eigenlijk vind dat ik de steken op een bijpassende manier moet afkanten. Dus ik heb een long-tail cast-on gebruikt. Ik weet niet eens precies welke, die die mijn moeder mij heeft geleerd. Voor mij goed genoeg. We zullen zien hoe het allemaal uitpakt. Voor nu moet ik maar gewoon verder breien en proberen om daarvan te genieten.

Ik had bedacht dat ik hiervoor mijn nieuwe steekmarkeerders van de Breidagen zou gaan gebruiken, maar dat blijken meer progress keepers te zijn. In ieder geval is het ringetje te klein voor deze naalden. Dus nu gebruik ik er eentje ook maar als progress keeper, vooral ter decoratie omdat ik hem zo mooi vind. Daarnaast hangen er nu twee steekmarkeerders aan die ik van Irma van de BreiSTER heb gekregen, ook leuk!

Ik wilde trouwens dat het vest al af was, want ik zing mee in een kerstprojectkoor en we repeteren wekelijks in een ijskoude kerk. Dat vind ik heel leuk, maar ik heb het wel een klein beetje onderschat, dus nu gaat er ook wat breitijd op aan stukken instuderen. Ze vroegen om ‘ervaren koorzangers’, dus ik had het kunnen weten, maar ik heb het toch een beetje onderschat, de meeste mensen daar hebben al (veel) vaker meegedaan met dit project en zitten hiernaast ook nog bij allerlei (klassieke) koren. En zijn een stuk ouder dan ik. Niet dat dat uitmaakt en ik voel me zeker welkom, maar ik voel me toch ergens ook een beetje een infiltrant. Ik moet in ieder geval hard studeren, het zijn geloof ik 17 stukken die voor mij allemaal nieuw zijn (een paar traditionele carols ken ik wel, maar niet de altpartijen) en ik kan niet supergoed van blad zingen (je kunt ook instrumentale versies van de partijen beluisteren, hoor, dat doe ik ook, maar dan nog). Het is wel een uitdaging die ik graag aanga. Zeker nadat de dirigent bij de tweede repetitie zei dat sommige mensen waren afgehaakt omdat ze het toch te moeilijk vonden. Dat soort dingen moet je tegen mij dus niet zeggen, dan denk ik helemaal: Oké. Ik blijf hoe dan ook en het gaat me lukken :)

Terug naar het breien: ik kan dus mijn allerdikste truien daar dragen. En ik ben er inmiddels wel achter dat ik helemaal niet veel echt dikke truien heb. Eigenlijk alleen mijn Trove en een lichtblauwe kabeltrui die ik heb gebreid toen ik nog op de middelbare school zat. Ik wist toen nog niks van garens en hij is van katoen, maar door de kabels toch erg warm (en aardig slijtvast, zo is inmiddels gebleken, terwijl ik hem was in de wasmachine). Ik brei te graag met dunne naalden en dus dunner garen. Dit vest brei ik op naald 4, en dat vind ik dan al aardig dik. Ik ben trouwens wel nog steeds blij met hoe de stof wordt zo.

Patroon: Georgetown van Hannah Fettig
Garen: Malabrigo Rios in de kleur Pearl (100 procent merino)
Naalden: 3,25 en 4,0 mm
Steekmarkeerders: Wolwerkjes
Progress keeper: VMCJ Knitwear

Sandbank
Ik heb zo veel aan mijn Sandbank gewerkt dat ik inmiddels aan de rand bezig ben. Dat was nog een heel gedoe, ook al deed ik het voor de tweede keer. Ik volgde opnieuw de instructies van ene Natasa op Ravelry. In het patroon staat een intimiderende formule die je in moet vullen, en zij legt uit hoe je die kunt omzeilen. Handig! Alleen was er bij mij iets vreemds aan de hand: ik hield ergens nul steken over waar dat geen optie zou moeten zijn en ik kwam helemaal niet goed uit bij de punten. Hè? Ik dacht toch echt dat ik op precies dezelfde plek aan de rand begon als de eerste keer, maar ik bleek de vorige keer heel andere aantallen op een briefje te hebben gekrabbeld. Ik die andere shawl er nog eens bij gepakt: die punten hoorden toch echt daar waar ik dacht, maar waar ze nu totaal niet zouden komen. Ik kon me ook niet herinneren dat dit vorige keer zo’n probleem was geweest. Het duurde eindeloos, dat wel, maar aan de rand beginnen was volgens mij niet zo’n probleem. Toch nog een keer goed het patroon lezen. Ah. Ik bleek een belangrijke stap te hebben overgeslagen: als je wilt beginnen aan de rand moet je eerst nog een stuk doorbreien om het begin van de toer te verplaatsen. Vanaf daar klopte het precies. Daarna zag ik ook nog over het hoofd dat je in de rand ook averecht moet meerderen zodat de meerderingen mooi aansluiten op de boordsteek. Het kostte even wat moeite om dat alsnog netjes te krijgen (zonder duizenden steken uit te halen), maar het is gelukt. Het ging natuurlijk juist mis doordat ik dacht dat ik het allemaal nog wel wist, terwijl het alweer ruim twee jaar geleden is dat ik m’n eerste Sandbank afmaakte. Wijze les weer: denk dat niet.

Ik wist nog wel dat veel mensen aanraden om niet te proberen om in dezelfde toer aan het patroon te beginnen én tig steken te meerderen. Dat zal ongetwijfeld het mooiste zijn, maar het zijn zo veel steken… Een foutje is snel gemaakt. En het was het me ook niet waard, ik heb bij de punten wel het patroon gevolgd, en ik heb niet het idee dat er superveel verschil is met de rest, waar ik in de eerste toer alleen lifted increases heb gebruikt. Die lifted increases vind ik mooier dan voor en achter in dezelfde steek breien, maar ik vergeet altijd hoe vervelend ik ze vind als ik een stukje terug moet, het lukt me vaak niet goed om ze dan weer goed terug op de naald te zetten. Enig broddelwerk is er dus wel aan te pas gekomen, ik hoop maar dat het niet opvalt doordat het kleine steekjes zijn en de rand zo lang is.

Voor de rand heb ik toch maar alle steken op de langste rondbreinaald gezet, zodat de steken er in ieder geval niet op meerdere plaatsen af kunnen vallen. Waardoor het nu helemaal onmogelijk is om een goede foto te maken van de shawl. Ik probeer er ook aan te denken om naaldenstoppers te gebruiken, maar vind het altijd wel een uitdaging om die dopjes bij me te houden terwijl ik aan het breien ben.

Ik wil proberen om regelmatig aan de rand te blijven werken. Ik vind het lastig dat het zo traag gaat, dat je nauwelijks vooruitgang ziet. Ik wil zo’n twintig toeren doen, dus ik zal er nog wel even zoet mee zijn. Ik heb wel kerstvakantie gepland, dus hopelijk kan ik dan ook fijn breien.

Patroon: Sandbank van Lea Viktoria
Garen: Holst Coast in de kleur Sea Green (50 procent merino, 50 procent katoen)
Naalden: 3 mm (2,5 mm voor de opzet)