Over schrijven en slapen

Ik was zo goed bezig. Hier schreef ik het al: ik heb veel van mijn schrijftijd in het kader van Camp NaNoWriMo besteed aan een verhaal. Het idee daarvoor had ik al langer, maar dat was meer een idee zonder duidelijk verhaal of bepaalde personages, en daardoor is het in dit verhaal erg vervormd. Ik heb heel lang vrijwel alleen maar poëzie geschreven en wilde graag meer met proza doen (hoewel mijn poëzie soms naar proza neigt en mijn proza naar poëzie), en dat deed ik met dit verhaal.

De deadline voor de wedstrijd waar ik het over had is inmiddels verstreken, en ik heb hem niet gehaald. Wat ging er mis? Ik weet het niet, maar het had vast iets te maken met (niet) slapen en tijd. S. sliep slecht, werd een beetje ziek en sliep daardoor nog slechter (daar schreef ik laatst al over) en als er dan toch tijd was om te schrijven, was ik vooral erg moe. En negatief. Want dat gebeurt blijkbaar als ik slecht slaap, dan zie ik weinig nog zitten en schrijven dus ook niet. Dan kan ik alleen nog maar denken dat er toch niemand op mij zit te wachten, zie ik alleen maar mensen die wél succes hebben en alles durven. En blijkt de boom die op mijn auteursfoto staat te zijn omgehakt. Dat laatste is helaas sowieso waar.

Natuurlijk is er in principe niks verloren. Het hoeft allemaal niet nu meteen. Het is niet vreemd dat het nu niet allemaal meteen gaat. Ik was goed op weg en kan ermee verder wanneer ik wil. Ik heb weer even mogen ervaren hoe fijn het is om invallen te krijgen die je alleen krijgt doordat je aan een tekst werkt. Dat je personages stemmen krijgen. Ze zwijgen als ik niet schrijf, alsof ze zeker willen weten dat ze serieus genomen worden.

Toch schrijven, dat is waarschijnlijk de manier. Gisteren probeerde ik iemand tevergeefs uit te leggen hoe moeilijk het voor mij is om dingen ‘gewoon van me af te schrijven’. Beroepsdeformatie. Ik wil altijd meteen redigeren, ik heb altijd meteen een mening over mijn formulering. Dat schiet niet op, ik moet eerst materiaal hebben. Klei. Het enige dat soms helpt, is een timer gebruiken en bijvoorbeeld een half uur proberen om zo veel mogelijk achter elkaar te schrijven. Dat vond diegene een bewijs hoe streng ik voor mezelf ben. Het gaat er echter niet om dat ik dan een half uur móét schrijven. Ik heb de afbakening nodig zodat ik minder afdwaal.

Ik weet het allemaal wel, ik doe het alleen niet. En ik weet even niet zo goed hoe erg dat is/ik dat vind. Wordt vervolgd. Eerst slapen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *