Ik heb lang getwijfeld of ik iets moest schrijven over de vertaling van het werk van Amanda Gorman. Mocht je geen idee hebben waarover dit gaat: Amanda Gorman is de spokenwordartiest die heeft opgetreden bij de inauguratie van Joe Biden. De vertaalrechten van haar werk werden verkocht, en het leek uitgeverij Meulenhoff een goed idee als Marieke Lucas Rijneveld Gormans werk zou vertalen. Rijneveld is inmiddels een grote naam, ook internationaal, zo heeft die de International Booker Prize gewonnen.
Vervolgens ontstond er ophef. Rijneveld heeft geen enkele vertaalervaring en heeft zelf eerder aangegeven dat diens Engels zo slecht is dat die diens eigen boek niet eens kan lezen in vertaling. Daarnaast zijn er nogal wat verschillen tussen beide auteurs: Gorman is een zwarte vrouwelijke spokenwordartiest wier achtergrond een grote rol speelt in haar werk, Rijneveld is een witte non-binaire auteur met een totaal andere achtergrond. Diens stijl is ook compleet anders dan die van Gorman.
Aanvankelijk verdedigde Meulenhoff de keuze voor Rijneveld in een verklaring, maar de kritiek hield aan en daarop trok Rijneveld zich terug. Bij mijn weten is nog niet bekend wie nu de vertaling op zich zal nemen. Daarna reageerde Rijneveld op alle commotie met een gedicht, dat integraal werd afgedrukt voor op het boekenkatern van de Volkskrant, in meerdere talen werd vertaald (uiteraard niet door Rijneveld zelf, al was het maar omdat het gebruikelijk is om alleen naar je moedertaal toe te vertalen) en internationaal gepubliceerd.
Ik bekijk deze kwestie allereerst vanuit mijn vak, en dan valt meteen op hoe commercieel de keuze voor Rijneveld was. De bekende naam ging boven kwaliteit. Voor iemand die altijd gaat voor de beste tekst, is dat lastig te accepteren. Maar als je dan kiest voor de bekende naam, wees er dan maar gewoon eerlijk over. Doe niet alsof iedereen vanuit het Engels kan vertalen. Ik weet zeker dat Rijneveld achter de schermen geholpen had moeten worden door een ‘echte’ vertaler die slecht betaald zou worden en anoniem zou blijven. Scherm niet zo met dat Gorman en haar team de hele tijd achter de keuze voor Rijneveld zijn blijven staan. Ja, natuurlijk staan ze daarachter, die weten ook dat Rijneveld die prijs gewonnen heeft. Maar weten ze ook hoe slecht Rijnevelds Engels is? Dat die nog nooit iets heeft vertaald? Dat er in Nederland wel degelijk mensen rondlopen die op alle fronten geschikter zouden zijn? Zijn er allemaal beter gekwalificeerde mensen voorgesteld en Rijneveld, en zeiden ze toen: doe ons Rijneveld maar? Dan kun je zeggen: wie zijn wij om die keuze ter discussie te stellen? Het lijkt me echter sterk dat het zo is gegaan.
Daarnaast springt het verschil in kleur en achtergrond tussen de auteur en de beoogde vertaler natuurlijk in het oog. Al snel ging het voornamelijk daarover. En dat begrijp ik wel. Het boekenvak is erg wit, logisch dat mensen daarop wijzen, zeker wanneer een wit persoon voor de zoveelste keer ongelooflijk veel vertrouwen en krediet krijgt. Als iemand totaal niet gekwalificeerd lijkt voor een bepaalde opdracht en hem toch krijgt en aanneemt, gaan mensen zich afvragen hoe dat komt. Dit gaat over kansen, over macht. En dan lopen de gemoederen hoog op en wordt alles al snel uit zijn verband gerukt. Dan gaan mensen roepen of zwarte mensen dan ‘ook’ geen werk van witte mensen mogen vertalen (ik geloof niet dat iemand heeft gezegd: Rijneveld mag dit niet vertalen, want die is wit. Zo wel: niet mee eens). Dan wordt het non-binair zijn van Rijneveld ineens een enorm ding, want dat is ook een vorm van diversiteit! Dan gaan mensen roepen dat de mensen die kritiek hebben op de keuze voor Rijneveld gewoon jaloers zijn. Dan vinden mensen het zielig voor Rijneveld, want die is toch zo’n geweldige auteur en die bedoelt het toch allemaal zo goed. Dan duiken mensen op Gormans gedicht, kijk, ze schrijft hier toch zelf dat we onze differences aside moeten putten? Dan gaat het ineens over polarisatie en verzoening.
Het raakt mij niet direct, ik ben geen vertaler, ik ben geen zwarte spokenwordartiest, ik heb nog nooit voor Meulenhoff gewerkt, ik ken Rijneveld niet persoonlijk. Ik ken zelfs diens werk niet goed, want diens romans schijnen nogal gruwelijk te zijn, en dat is niets voor mij. Het kan voor mij prima een casus zijn zoals de casussen in colleges bij Literatuurwetenschap, die mij ooit op het spoor van dit prachtige vak zetten. Aan de andere kant, ik schrijf en ik werk in het boekenvak, dus in die zin raakt het me wel (dit klinkt misschien wat triviaal, maar toch niet trivialer dan ‘beiden ontvingen op jonge leeftijd internationale erkenning voor hun werk’, een van de argumenten waarmee Meulenhoff de verwantschap tussen Gorman en Rijneveld probeerde aan te tonen). Mijn eerste reactie op deze zaak was: als dit het boekenvak is, wil ik er niet meer bij horen. Ik ben echt teleurgesteld in bepaalde mensen en mechanismen. Maar ik weet als geen ander dat een minderheid de meerderheid nodig heeft. We moeten hier iets mee, hoe ongemakkelijk dat voor onszelf misschien ook is. Ik blijf me verzetten tegen diversiteit als synoniem voor etnische en culturele diversiteit, maar het moge duidelijk zijn dat het gebrek aan etnische en culturele diversiteit een groot probleem is.
De vele lovende reacties op het gedicht van Rijneveld vind ik bizar. Alsof die de zaak en diens reputatie daarmee gered heeft, en nog in zulke schitterende bewoordingen ook. De literatuur heeft overwonnen! Zien die mensen dan niet hoe ironisch het allemaal is? De chef Boeken die de kwestie eerst afdoet als ‘commotie die mensen met een normaal leven ontgaat’ en ‘geneuzel in de marge van social media’ en dan ineens de hele voorpagina van haar katern inruimt voor Rijnevelds gedicht. Al die mensen die riepen dat er niks van waar was dat sommige mensen meer kansen krijgen dan anderen, en dat dan de eerstvolgende kans gewoon weer naar precies dezelfde persoon gaat. Rijneveld zelf, die dit grote podium gebruikt om te schrijven dat die inziet wanneer het niet diens plek is (Margriet Oostveen stipt dit laatste aan in dit stuk, maar ik ben het verder nog nergens tegengekomen).
Wat Rijneveld kan, kan ik niet, maar toch ook weer wel.
Wijziging weigeren
Ik kom niet goed uit mijn woorden
ik heb dus makkelijk praten
ik ben zo schuw dat ik de kleinste schrik begrijp
en als het voordeel gaat naar wie het meeste twijfelt
kom maar door
het punt is alleen
bekijk de handen die nooit
opgeheven werden nog eens goed
er zitten meestal middelvingers aan
wij schrijven gedichten
kunnen we altijd nog zeggen
dat we het anders bedoelden
het punt is alleen
wij bepalen niet wanneer
die ergens achter wordt gezet