Maakwerk van juni

Het gaat nog steeds een beetje op en af met de breizin. Op sommige dagen had ik weer last van mijn schouder, sommige avonden ‘moest’ ik flarfen, soms was er geen een project waar ik graag aan wilde werken. Toch heb ik wel weer het een en ander te vertellen en te laten zien!

Muts
Dit project kon ik vorige maand nog niet delen. De muts was uiteindelijk wel net af toen ik mijn blogpost publiceerde, maar ik had hem nog niet gegeven. Hij is voor een fantastische baby op wie zijn familie veel te lang heeft moeten wachten. Helaas lukte het me net niet om de muts af te krijgen toen we bij hem op bezoek mochten komen. Ik had twee dagen later een belangrijke deadline voor mijn werk, en het kostte me al moeite genoeg om die te halen, dus uiteindelijk besloot ik mezelf niet nog een deadline op te leggen. Ze wisten er nog niet van en het is voorlopig geen winter, dus het gaf niet, zo hield ik mezelf voor.

Het breien van deze muts viel me behoorlijk tegen. Je denkt misschien: Een muts voor een baby, die heb je toch zo af? Nou, ik deze niet. Ten eerste omdat ik moeite had om de juiste maat te kiezen. ‘Baby’ of ‘Kid Small’ is niet echt heel informatief, en ik heb toch al altijd het idee bij babymutsen dat de maat een gok is. Komt misschien ook doordat mijn D. een vrij klein hoofd heeft, die past nu nog steeds sommige petjes die voor baby’s zijn bedoeld. Een beetje te groot maakt niet uit, te klein zou jammer zijn. Nu moet ik ook niet klagen, want dit patroon was gratis, ik had geen proeflapje gemaakt en verder ook niet heel goed gekeken naar het garen en de naalden. Het aangeraden garen was sport weight, en dat wat ik nog had liggen ook. Tot zover mijn research. Ik weet dat wol warmer is, maar ik gebruik voor babybreisels toch graag katoen, zodat ze in de wasmachine kunnen. Bij dit patroon zit er trouwens een dubbele laag over de oren én is de stof vrij dicht doordat je een slipsteek gebruikt. Ik hoop daarom dat hij toch warm genoeg is.

Over die slipsteek gesproken, wat een drama was dat! Ik heb wel vaker slipsteken gebruikt (bijvoorbeeld in mijn Trove), maar deze hele muts bestaat eruit, en je breit hier grotendeels in een kleur. Bij een slipsteek sla je dus een steek over, je verplaatst hem van je linkernaald naar je rechternaald zonder hem te breien. In deze muts sla je steeds een steek over en dan brei je er een, en dan sla je er weer een over en dan brei je er weer een. Als je aan het eind van de ronde bent, draai je de volgorde om, zodat je niet steeds dezelfde steken wel en niet breit. Ik vergat zo vaak in welke volgorde ik het aan het doen was, of ik breide per ongeluk twee steken achter elkaar, en dan kwam ik aan het eind van de naald weer verkeerd uit. Erg frustrerend, zeker omdat ik het bij deze steek supermoeilijk vond om foutjes te herstellen.
Daarbij duurde het ook heel lang voor ik überhaupt op gang was. Ik ben een aantal keer helemaal opnieuw begonnen. De steken zaten toch ineens weer gedraaid op de naald (altijd lastig, die eerste naalden bij rondbreien), het lukte niet om een fout te herstellen, ik dacht dat de muts veel te groot zou worden, ik dacht dat de muts veel te klein zou worden (is serieus allebei voorgekomen), noem maar op. Na een aantal pogingen kwam ik zowaar aan bij de striped cuff waaraan het patroon zijn naam te danken heeft. Ik was bang dat ik niet genoeg garen zou hebben als ik die in twee kleuren zou breien, dus ik besloot meer kleuren te gebruiken. Ik realiseerde me echter niet dat het een stuk strakker zou worden als ik dat in een ronde zou doen. Dus wéér uitgehaald, en toen besloten om twee kleuren per ronde te gebruiken en verticaal af te wisselen. Uiteindelijk ben ik superblij met de kleuren! En door de verschillende kleuren was het daar ook veel makkelijker om te zien waar ik was. Ik heb de boord uiteindelijk 16 rondes hoog gemaakt, keer twee, want slipsteek, keer twee, want dubbelgevouwen. Ik paste hetzelfde trucje toe als vorige maand bij mijn linnen top, en ik hield weer een steek over? Waarschijnlijk toch iets verkeerd gedaan, maar ik zag geen gevallen steken (onthoud deze uitspraak even, als je wilt).

De minderingen aan de bovenkant waren ook nog wel een ding, lastig om die netjes te krijgen. Maar uiteindelijk ben ik toch best tevreden. En ja, D. paste hem dus, dus die kon model staan. De baby waar de muts voor is, is tot nu toe ook vrij klein, dus waarschijnlijk duurt het even voor die hem past, maar ach. Met liefde gemaakt!

Patroon: Striped Cuff Hat van Jake Canton, gratis via Purl Soho
Garen: Catania Solid in de kleuren Natur en Royal (denk ik), Yarn and Colors Must-have in de kleuren Mustard, Blue Lake en Grass
Maat: Kid Small
Naalden: 4,0 mm

Linnen top
Bij de vorige update was ik aanbeland bij de mouwen. De eerste mouw ging moeizaam. De trinity stitch is helemaal niet zo moeilijk, en toch breide ik steeds de verkeerde steken samen. En uiteraard kwam ik daar dan pas achter aan het eind van de toer. Verder wist ik niet zo goed hoe lang en hoe wijd ik de mouwen wilde. Ik heb dat deels bepaald op basis van: ‘Ik ben het zat!’ Ik besloot ook om flink te minderen voor de boord. Die boord wilde ik dan weer dubbelvouwen, maar ik had er niet aan gedacht om alvast een hulpdraad door m’n mouw te rijgen bij de eerste toer van de boord. Geen idee waarom niet, want de onderkant van het lijf was ook al lastig omdat ik dat niet had gedaan. Dat was dus weer even flink prutsen. En hierbij hield ik ineens geen steek over. Ik denk dat dat klopt, maar ik vond het een beetje onheilspellend, aangezien dat twee keer eerder dus wel zo was.

En toen kwam mouw 2, en die vloog van mijn naalden. Nu wist ik natuurlijk wel hoe lang en hoe wijd die moest worden (dat had ik zowaar opgeschreven ook), maar het scheelt een hoop als de trinity stitch foutloos is in alle toeren (iets met concentratie?) en je wél aan de hulpdraad denkt. De boord van mouw 2 ziet er dan ook beter uit.

Toen hoefde ik plotseling alleen nog maar de draadjes weg te werken. Ik heb hier horrorverhalen over gehoord; omdat linnen garen niet ‘plakt’ (in tegenstelling tot sommige soorten wol) zou dat niet goed blijven zitten. We zullen zien. Ik doe bij katoen eerlijk gezegd ook nooit iets speciaals, en dat kan toch ook vrij glad zijn. Ik heb nu bij een nieuwe draad steeds een paar steken met de oude en de nieuwe draad gebreid en de eindjes aan de achterkant weggewerkt. Zoals ik dat eigenlijk altijd doe. Ik heb een vrij grote hekel aan draadjes wegwerken, dus ik zag het niet zitten om met naaigaren in dezelfde kleur alles vast te gaan zetten (dat was een tip die ik tegenkwam). Ik heb sommige eindjes ook kunnen wegwerken in de dubbelgevouwen boorden, ik hoop dat dat in ieder geval blijft zitten.

Ik had de top gepast, gewassen, nog eens gepast en was tevreden. Toen bleef hij weer een tijdje liggen, tot ik tijd had om verder te werken aan deze blog en bedacht dat ik er nog foto’s van moest maken. Hm, toch beter even aantrekken dan op een hanger. Misschien dat M. straks even… Hé, wat is dat daar? Dat was dus tóch een gevallen steek. Aan de achterkant van het lijf (hoop ik, eerlijk gezegd kost het me nog wel eens moeite om te bepalen wat de voorkant is en wat de achterkant). Ik begrijp niet hoe die me al die tijd ontgaan kan zijn. In eerste instantie besloot ik hem op te halen met een haaknaald en vast te zetten aan de boord. Dat ging wel, maar was een erg dom idee, want het viel heel erg op. Toen toch besloten om alles weer los te peuteren, de steek weer te laten vallen tot ongeveer waar ik hem had aangetroffen en hem daar vast te zetten. Als ik dat nu meteen had bedacht… Dat had me een hoop tijd gescheeld en dan had het er waarschijnlijk beter uitgezien, want nu moest ik erg prutsen om de ontstane ladder een beetje te verbergen. Dat is niet helemaal gelukt, maar het is voor mij acceptabel nu. De rest is lang niet gek, voor het eerste kledingstuk dat ik zonder patroon heb gebreid. Ik hoop nu natuurlijk wel dat er niet alsnog een gevallen steek opduikt in de muts…

Garen: Lino Melange van Borgo de Pazzi, kleur 63 (donkergrijs)
Naalden: 2,5 mm

Nightbook
Ik moet misschien gewoon af en toe naar een foto van m’n Nightbook kijken (stop and admire), om van een afstandje te kunnen zien dat het heus nog wel iets kan worden. En zo vreemd is het natuurlijk ook niet dat ik nog niet zo ver ben met deze trui. S. weet het aan het mooie weer, maar ik weet niet, ik vind het gewoon lastig om ermee te gaan zitten. Ik pak hem niet makkelijk even op door die vier bollen die eraan hangen en het gaat me te langzaam (volgens mij schrijf ik inmiddels elke maand iets dergelijks). Mijn doel was om deze maand voorbij het breedste punt van de ruit voorop te zijn, en dat is gelukt. Volgende maand wil ik klaar zijn met die ruit, ook dat moet te doen zijn. Het heeft ook geen haast.

Patroon: Nightbook van Rachel Illsley (Unwind Knitwear)
Garen: Basic Sock van Wol met Verve (75 procent merino, 25 procent nylon), in de kleuren Steel Blue en 20203672
Naalden: 2,75 en 3,25 mm

Steekmarkeerders
Ik kon wel iets vrolijks gebruiken, dus ik besloot mezelf te trakteren op een paar steekmarkeerders van The Happy Kiwi. Het was nog moeilijk kiezen en Etsy had kuren, maar al snel kreeg ik een superleuk pakje van eigenaresse Kylie. En zodra S. ze zag, wist ze een cadeautje voor haar verjaardag, haha. Dus als je nog steekmarkeerders zoekt (en die zoek je natuurlijk altijd, ik tenminste wel, want ik heb vooral veel van die goedkope plastic exemplaren en daar sneuvelt er nog wel eens een van): dikke aanrader!

2 gedachten over “Maakwerk van juni”

  1. Wat een mooie dingen! Ik vind de kleuren van de muts zo tof (herkenbare worsteling met de maatvoering wel, haha) en de pasvorm van je top heel mooi.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *