Kristine Groenhart – Mulberry House
Ik was Kristine Groenhart eigenlijk een beetje vergeten. Ze werd genoemd in de masterclass van mijn studie omdat ze bij de uitgeverij zat die de masterclass verzorgde, en bij Paul Sebes, die toen ook langskwam. Ik heb haar boek Leer mij je liefhebben volgens mij toen ook gelezen, maar ik herinner me er weinig van. Een tijdje geleden ontdekte ik echter dat ze aan een boek werkte over oude meisjesboeken (waarover volgende maand meer) én dat ze al twee delen van een hedendaagse kostschoolserie had gepubliceerd. Dan heb je uiteraard mijn volledige aandacht! Deel 1 van die serie heb ik inmiddels met plezier gelezen. Er zaten een paar vreemde dingetjes in waarvan mijn persklaarmaakhanden nogal gingen jeuken (sowieso had ik deze boeken natuurlijk dolgraag geredigeerd). Waarom doen die kinderen bijvoorbeeld alsof ze allebei online moeten zijn op Facebook om elkaar berichten te kunnen sturen en sturen ze elkaar hele lappen tekst als ze dan kunnen chatten? Maar oké, dat mag de pret niet drukken. En ze heeft duidelijk echt goed de boeken van Enid Blyton gelezen en weet die sfeer, ondanks het feit dat Blytons boeken natuurlijk vele jaren eerder spelen, uitstekend te benaderen. Er gebeurt tamelijk weinig in het boek, en dat is wat mij betreft precies de bedoeling, de charme van een goed kostschoolboek. Zo veel mogelijk over het dagelijks leven op die school, graag! Eens kijken wanneer ik de hand kan leggen op deel 2. Deel 3 schijnt er overigens ook al aan te komen.
Annejet van der Zijl – De Amerikaanse prinses
Ik weet nooit precies wat er allemaal onder literaire non-fictie valt, maar ik lees het graag. Sonny Boy en Anna (over Annie M.G. Schmidt) van Annejet van der Zijl raad ik iedereen zeker aan, en naar dit boek was ik ook benieuwd. Vooral omdat het over het koningshuis zou gaan (wat heb ik toch veel guilty interests). Dat viel uiteindelijk nogal tegen. Ja, de hoofdpersoon wordt gezien als degene die Juliana en Bernhard bij elkaar heeft gebracht, maar voor het daarover gaat, ben je honderden pagina’s verder. Dat vond ik dus wel een beetje misleidend. Ze heeft betere boeken, maar ik vond het alsnog wel interessant en goed geschreven. Al raakte ik totaal de draad kwijt in het begin, als het gaat over welke kolonist familie is van wie. Kan ook komen doordat ik het boek toen even had weggelegd. Het begin heb ik dan ook twee keer gelezen, maar daarna zat de vaart er goed in.
Edward van de Vendel – Oliver
Ik heb de andere delen van de serie waar dit boek bij hoort jaren geleden al eens gelezen, dit is een soort prequel. Ik was er destijds nogal van onder de indruk, ik denk vooral van het poëtische taalgebruik en de heel natuurlijke manier waarop hij over homoseksualiteit schrijft. Dat poëtische vond ik in dit boek juist soms een beetje te veel, dus ik ben wel benieuwd of mijn smaak is veranderd of dat het nog meer in dit boek zit. Desondanks vond ik het soms toch ook wel heel mooi. Verder vond ik het vooral heel Scandinavisch aandoen. Het boek speelt zich dan ook af in Noorwegen, maar verder slaat dat natuurlijk niet echt ergens op, want de auteur is Nederlands en wat weet ik nu helemaal van Scandinavië? En toch deed het me erg denken aan Scandinavische jeugdboeken. Wat zeker een positieve associatie is. Het is ook nog eens een heel zomers boek, dus als je het wilt lezen, komt er een heel geschikte periode aan.