Boeken

Voor mijn doen ben ik goed aan het lezen de laatste tijd. Dat komt ook doordat je tot voor kort alleen boeken kon reserveren bij de bieb. Aan boeken die ik nog wil lezen geen gebrek, ik heb een uitgebreide ‘verlanglijst’ in mijn bibliotheekaccount en was al gewend om voornamelijk daar boeken van te lezen. Ik struin heel graag rond in bibliotheken en boekhandels, maar het lukt me niet om om het even wat te lezen ter ontspanning (ik heb mensen in mijn omgeving die dat doen, wij begrijpen elkaar slecht). Er zijn nog zoveel boeken die me de moeite waard lijken of die ik wil lezen om erover mee te kunnen praten (niet geheel onbelangrijk in mijn vakgebied) dat ik dus met een lijst werk. Op die lijst staan momenteel meer dan honderd boeken, dus het voelt helemaal niet als een beperking, ik kan nog steeds gewoon kijken waar ik zin in heb. Alleen heb je bij dat reserveren dus minder invloed op wanneer ik een bepaald boek in huis heb. Sommige populaire boeken heb ik maanden geleden al gereserveerd, en dan weet ik ook dat ik die in drie weken uit moet lezen omdat er na mij ook weer gegadigden zijn. Maar het kan natuurlijk altijd voorkomen dat iemand een onbekender boek reserveert terwijl ik het aan het lezen ben. En ik probeer er wel voor te zorgen dat ik een combinatie van populaire en minder populaire boeken reserveer (zodat ik de minder populaire vast kon lezen terwijl ik wacht op de populaire), maar in dit geval kwamen er ineens een paar boeken vrijwel tegelijk binnen, dus ik moest aan de bak :)

Natascha van Weezel – Thuis bij de vijand
Er staan inmiddels ook boeken op mijn verlanglijst waarvan ik niet meer weet waarom ik ze wilde lezen. Soms gooi ik ze er dan af, soms lees ik ze. Van dit boek kon ik het me dus niet herinneren. Het is ook alweer een paar jaar oud, waardoor het misschien op sommige vlakken achterhaald is (zeker gezien recente gebeurtenissen in het Midden-Oosten, waar ik niet veel van weet, want ik probeer nog steeds het nieuws zo min mogelijk te volgen in verband met mijn mentale gezondheid). De ondertitel is ‘Moslims en joden in Nederland’, en het gaat inderdaad over hun contact en het gebrek daaraan. Voornamelijk vanuit Joods perspectief, want dat is de achtergrond van Van Weezel en haar stukken zijn persoonlijk. Ze bevindt zich vaak een beetje tussen iedereen in en gaat met haar wens om de dialoog te zoeken in tegen veel andere bewegingen in de samenleving. Lastig, want daardoor krijgt ze vaak kritiek van zowel joden als moslims. Heel interessant! Sommige mensen lijken alles graag zwart-wit te willen zien. Sommige dingen waren voor mij wel lastig om te volgen, omdat ik weinig weet van de geschiedenis van Israël.

Roxane van Iperen – ’t Hooge Nest
Dit is dus zo’n populair boek. En ik snap helemaal waarom. Het is een ongelooflijk verhaal. De auteur van dit boek ging in een nieuw huis wonen (’t Hooge Nest in het Gooi) en ontdekte daar toen allemaal schuilplaatsen en spullen van onderduikers. In dit huis bleken Janny en Lien Brilleslijper, twee Joodse zussen, allerlei onderduikers te hebben opgevangen. Zijzelf woonden er officieel met hun gezinnen. Op zich al levensgevaarlijk, want Janny had zich niet laten registreren als Jood en Lien woonde er onder een valse naam. O, en Liens man was een Duitse deserteur. Ik weet niet precies meer hoeveel onderduikers ze hebben opgevangen, maar meer dan tien mensen verbleven er permanent, onder wie hun ouders en broer. De flaptekst heeft het over een van de grootste onderduikadressen van Nederland, en over het onvermijdelijke verraad. Van Iperen heeft het geschreven als roman vanuit Janny, maar de historische informatie klopt. Ik vind het altijd al heel indrukwekkend als iemand zoveel onderzoek heeft gedaan voor een boek, maar dit gaat nog een stap verder, doordat het zo’n geloofwaardig boek is geworden, terwijl ze onvoorstelbare dingen meemaken. Zo knap, en het is ook zo goed opgebouwd. De historische gebeurtenissen zijn heel goed te volgen (ook als je weinig voorkennis hebt, denk ik), maar nergens is sprake van infodump. Ik had echt het idee dat ik heel dicht bij Janny kon komen, terwijl ze haar verhaal dus niet zelf vertelt. Het verhaal heeft me diep geraakt, wat zijn sommige mensen toch ongelooflijk moedig.

Casey McQuiston – Rood, wit & koningsblauw
(Red, White and Royal Blue, vertaald uit het Engels door Erica Disco)

Bij dit boek moest ik me haasten, want het moest vrij ineens terug. Amy Florence tipte dit boek in haar vlog. Amy is een Britse vrouw die vooral vlogt over breien en haar bedrijf (ze is een indie dyer, oftewel ze verft garen), maar ze praat ook wel over haar (krakkemikkige) huis in Schotland en de boeken die ze leest. In het begin vond ik haar nogal schreeuwerig, maar ik ben aan haar gehecht geraakt, ik vind het bewonderenswaardig hoe ze het redt in haar eentje en ik word vaak vrolijk van haar verhalen. Alleen de vlogs met haar moeder sla ik over, want ik versta die vrouw gewoon niet. Ik weet nog steeds niet of Amy zelf bij de regenbooggemeenschap hoort, maar ze is in ieder geval een ally en groot fan van queer YA. Dat laatste ben ik zelf niet per se, maar dit boek klonk wel leuk. Het gaat over Alex, de zoon van de president van de VS, en Henry, een Britse prins. Alex’ moeder wil graag herkozen worden, dus het is van belang dat de reputatie van het presidentieel gezin en de internationale betrekkingen goed zijn. Helaas ligt Alex juist enorm in de clinch met Henry, wat er onder andere voor zorgt dat ze over de grond rollen tussen de restanten van een gigantische bruidstaart. Beide families besluiten dat Alex en Henry moeten doen alsof ze het goedmaken en juist beste vrienden zijn, in de hoop de imagoschade te kunnen beperken. Daarbij slaat de vonk over, wat uiteraard voor allerlei nieuwe problemen zorgt.
Leuke romcom! Het gaat wel vrij veel over de Amerikaanse politiek, over rally’s en voorverkiezingen en zo, waar ik niet enorm in geïnteresseerd ben. Gewoon een boek om lekker even te lezen. Ik weet zelf natuurlijk ook niet hoe seks tussen twee jongens kan zijn, maar ik vond op dat punt niet alles even realistisch. Hun relatie is echter wel heel leuk, en de vertaling leek me goed, al had ‘taartastrofe’ (iets als cake-astrophy in het origineel, neem ik aan) wat mij betreft ook best ‘debaksel’ mogen zijn (altijd fijn, dat soort vertaalkwesties).

Aafke Romeijn – Concept M
Dit boek begint met een voorlichtingsfolder voor patiënten met kleurloosheid. Dan heb je mij al bijna, want ik ben gek op van dit soort documenten in fictie (mits ze goed geschreven zijn, en dat zijn ze hier voor een groot deel). Kleurloosheid is een erfelijke aandoening, steeds meer mensen in Nederland zijn kleurloos. Ze moeten voortdurend medicatie (kleurstof) gebruiken en hebben fysieke beperkingen, waardoor ze bijvoorbeeld ook minder goed in staat zijn om te werken. Dit kost de samenleving steeds meer geld, er dreigt een onhoudbare situatie te ontstaan. In de parallelle werkelijkheid van dit boek is er nog maar een politieke partij in Nederland (de Middenpartij), zijn zorgverzekeringen genationaliseerd en wordt het land geleid door een corrupte minister-president. Zoals je al kunt aflezen aan de omschrijving, is dit een erg politiek boek. Razend knap hoe Romeijn een volledig andere politieke situatie uit de grond heeft gestampt, inclusief geschiedenis en met aandacht voor de rol van de media. Dat is echter niet mijn favoriete onderdeel van het boek, ik vond de passages over die minister-president zelfs vrij saai. De hoofdpersoon van het boek is de kleurloze Hava. Waar haar moeder ervan geniet om overal in de media op te komen voor de belangen van kleurlozen, ziet Hava nog maar een oplossing: kleurloosheid moet verdwijnen om de maatschappij te redden. Hava besluit te beginnen bij zichzelf, geholpen door een terreurgroep. Het is een raamvertelling, waarin Hava op weg is naar het ziekenhuis in Nijmegen om haar ‘concept’ om te laten zetten naar M. Dat betekent dat ze stopt met het gebruiken van kleurstof en binnen 48 uur zal overlijden. Terwijl ze onderweg is, blikt ze terug op alles wat tot deze autorit heeft geleid. M. vatte dit samen als: ‘het gaat de hele tijd alleen maar over die auto waar ze zo’n fan van is en de verschillende snelwegen’, maar ik vond dat best meevallen (we zijn beiden geen fan van autorijden). Het werkt goed als houvast. De auteur heeft net als ik in Utrecht gestudeerd (volgens mij hebben we zelfs wel eens hetzelfde college gevolgd) en daar woont Hava ook, dus ik herkende veel locaties. Verder kan ik alleen maar zeggen: dat einde! Ik vond het al een goed geschreven, vermakelijk boek, maar op een gegeven moment gebeuren er dingen waardoor alles ineens helemaal anders wordt. Je moet zelf lezen wat, maar ik werd er in ieder geval héél enthousiast van. Ik zit nu ook echt te wachten op haar nieuwe boek 7B, dat niet echt een vervolg schijnt te zijn, maar toch ook weer wel, omdat het zich afspeelt in dezelfde wereld.

Erna Sassen – Er is geen vorm waarin ik pas
Dit boek had ik willen lezen toen ik zelf op de middelbare school zat, maar ook nu nog is het zeer de moeite waard. Het gaat over Tessel, die is vastgelopen op school, waardoor met haar is afgesproken dat ze even niet zoveel hoeft, als ze maar een begin maakt aan haar profielwerkstuk. Ze wil een cd maken, maar eigenlijk ook weer niet, want ze vindt haar liedjes te persoonlijk. Ze heeft een moeder die haar niet begrijpt, een beste vriend die ze niet meer ziet, maar als je op dat soort puberproblemen focust, doe je het boek tekort. Ze heeft bijvoorbeeld ook contact met de moeder van een overleden meisje, terwijl ze dat overleden meisje niet eens kende (zoals die moeder later pas ontdekt). En dan is er nog die ene docent. Ook in dit boek kom je er gaandeweg achter wat er (ongeveer) is gebeurd, dus ik houd het wederom wat vaag. Dat doet de auteur voor een deel ook, en dat is precies wat ik zo goed vind aan dit boek. Ze is blijkbaar absoluut niet bang dat lezers het niet zullen begrijpen of afhaken door de fragmentarische stijl. En je lezers serieus nemen (ook als je doelgroep jong is), dat is een van de beste dingen die je als auteur kan doen (hoe moeilijk dat soms ook is). Zo wordt nergens expliciet gezegd wat er precies met Tessel aan de hand is, terwijl je de indruk krijgt dat er aardig wat met haar aan de hand is. Tessel zelf is leidend en je merkt het wel als lezer. Ook al gaat het voor een groot deel om totaal andere ervaringen, ik had sterk het idee: ja, zo was het. En dat komt niet zo vaak voor.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *